Télécharger Imprimer la page

DAB FEKA BVP Manuel D'instructions page 7

Masquer les pouces Voir aussi pour FEKA BVP:

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

NL
Laat de pomp niet in bedrijf wanneer de aanvoerbuis geblokkeerd is.
De pomp moet zodanig geplaatst zijn dat de openingen van de aanzuigvoet niet geheel of gedeeltelijke door
vuil verstopt raken.
De pomp mag alleen in werking gesteld worden wanneer hij in water gedompeld is. Indien er geen water
meer is, moet de pomp onmiddellijk uitgeschakeld worden door de elektrische stekker uit de contactdoos te
verwijderen.
Aanbevolen wordt de grootste oplettendheid te betrachten wanneer de pomp handmatig bediend wordt.
De pomp moet in stabiele stand in een opvangputje of in ieder geval op het laagste punt van de
installatieruimte geplaatst worden.
De drijver moet zich vrij kunnen bewegen terwijl de pomp in bedrijf is, daarom wordt een putje van 40x40 cm
aangeraden.
De pomp mag in geen geval blootgesteld worden aan vorst. Haal de pomp bij temperaturen onder nul uit de
te pompen vloeistof, ledig hem en zet hem op een tegen vorst beschermde plaats neer.
De pomp is voorzien van een thermische motorbeveiliging. In geval van een eventuele oververhitting van de motor,
stopt de thermische motorbeveiliging de pomp automatisch. Na een afkoeltijd van ongeveer 15-20 minuten gaat de
pomp automatisch weer aan. Na inwerkingtreding van de thermische motorbeveiliging, moet in ieder geval de
oorzaak daarvan opgespoord en verholpen worden. Raadpleeg Het Opsporen van Storingen.
Motor start niet en brengt geen
geluid voort.
Pomp levert niet.
Pomp stopt niet.
Debiet onvoldoende.
Pomp stopt na korte tijd in bedrijf
geweest te zijn.
A. Controleer of de motor gevoed wordt.
B. Pomp wordt niet in werking gesteld door
drijver.
A. Aanzuigrooster of buisleiding verstopt.
B. Waaier versleten of geblokkeerd.
C. Vereiste opvoerhoogte hoger dan
pompeigenschappen.
A. Pomp wordt niet uitgeschakeld door
drijver.
A. Controleer of het aanzuigrooster niet
gedeeltelijke verstopt is.
B. Controleer waaier of aanvoerbuis niet
gedeeltelijk verstopt zijn of aan
korstvorming onderhevig zijn.
A. De ampère-thermische beveiliging stopt
de pomp.
B. - Controleer of de drijver zich vrij
A. Verwijder de verstopping.
B. Vervang de waaier of hef de
A. Controleer of de drijver zich vrij
A. Verwijder eventuele verstoppingen.
B. Verwijder eventuele verstoppingen.
A. - Controleer of de te pompen
19
beweegt.
- Maak het putje dieper.
blokkering op.
beweegt.
vloeistoff niet te dik is, want dit
zou de motor kunnen
oververhitten.
- Controleer of de watertemperatuur
niet te hoog is.
- Controleer of de waaier niet door
een vast lichaam geblokkeerd wordt.

Publicité

loading