Toepassingen
Het gereedschap is ontwikkeld voor het droog frezen van sleuven in steen, beton, asfalt, enz. Het
gereedschap kan worden gebruikt voor het leggen van elektrische leidingen of waterleidingen in muren of
vloeren en voor het uitsnijden van tegels.
Het gereedschap kan ook worden gebruikt om tegels te snijden.
Diamantschijf monteren
LET OP! Schakel het gereedschap uit, trek de stekker uit het stopcontact en wacht tot alle bewegende
delen volledig tot stilstand zijn gekomen en de schijven zijn afgekoeld. Draag veiligheidshandschoenen.
198. Verwijder alle schroeven (13) met de bijgeleverde inbussleutel.
199. Verwijder de klemschroef voor de verschuifbare diepteaanslag (11). Zorg ervoor dat u geen
sluitringen en borgringen verliest.
200. Verwijder de bescherming (8) en draai de schuifdiepteaanslag (10) naar beneden.
201. Druk op de knop voor de spilvergrendeling en houd deze ingedrukt (fig. 2, positie 19).
202. Verwijder de flensmoer (6) met de moersleutel (21). Let op: de schroef heeft linkse schroefdraad.
203. Verwijder de eerste diamantschijf, de afstandsringen (5) en de tweede diamantschijf.
204. Reinig de motorflens (3), de afstandsringen en het spilhuis (4).
205. Schuif de motorflens (3) en het spilhuis (4) op de spil (2). Plaats het spilhuis correct in de motorflens.
206. Plaats een diamantschijf (7) op de motorflens. LET OP! Controleer of de pijl op de diamantschijf in
dezelfde richting wijst als de pijl op de beschermkap (8).
207. Breng het gewenste aantal afstandsringen aan op de spil. Schuif de tweede diamantschijf op de
spindel en vervolgens de resterende afstandsringen (fig. 5). De breedte van de sleuf wordt bepaald
door het aantal afstandsringen (5) tussen de twee diamantschijven. LET OP! Er moet ten minste één
afstandsring tussen de twee diamantschijven zitten. Alle afstandsringen moeten op de spil worden
gemonteerd, ongeacht de afstand tussen de schijven. LET OP! Plaats geen afstandsringen tussen
de motorflens en de eerste diamantschijf.
208. Schroef de flensmoer (6) op de spil en draai hem met de hand vast.
209. Plaats de flensmoer (6) met de opstaande kant tegen de diamantschijf, zodat de schijf op zijn plaats
wordt vergrendeld.
210. Houd de spilvergrendelknop (19) ingedrukt en draai de flensmoer vast met de moersleutel (21).
211. Draai de schuifdiepteaanslag (10) omhoog en plaats de beschermkap (8) weer op zijn plaats. Zet de
schuifdiepteaanslag vast met de inbusschroeven (13). BELANGRIJK! Vergeet de sluitringen en de
borgringen niet. Plaats de klemschroef voor de schuifdiepteaanslag (11) terug. LET OP! Beide
diamantschijven moeten altijd tegelijkertijd worden vervangen.
Diepte-instelling
LET OP! Trek de stekker uit het stopcontact, schakel het gereedschap uit en wacht tot alle bewegende
delen volledig tot stilstand zijn gekomen.
212. Draai de klemschroef voor de schuifdiepteaanslag (11) los en stel de gewenste diepte in.
213. Draai de klemschroef voor de schuifdiepteaanslag (11) vast. Plaats 3 mm dieper dan nodig is om
eventuele oneffenheden in het muuroppervlak te compenseren.
Starten/stoppen
LET OP! Laat het gereedschap minstens 30 seconden onbelast draaien voordat u met het werk begint.
STARTEN
Druk op de schakelaarvergrendeling (16) en druk op de schakelaar (17). Het gereedschap
is voorzien van een softstartinrichting.
STOPPEN
Laat de schakelaar los.
Het gereedschap is voorzien van overbelastingsbeveiliging en schakelt automatisch uit als het overbelast
is. Als dit gebeurt, tilt u het gereedschap van het werkstuk. Laat het gereedschap dan onbelast ongeveer
1 minuut draaien om het af te laten koelen.
AANWENDING
(fig. 1 tot 5)
(fig. 6)
(fig. 7)
ENGLISH
84