NL
Dedetailleerde illustraties
A
Kruk
B
Veerbelaste zeskantkopschroef
C
Gat met schroefdraad
D
Montagerib
E
Zaagbladgleuf
F
Zaagbladwielen
G
Montageschroeven zaagbladafscherming
H
Buitenste rand van zaagbladwiel
j
Binnenste rand van zaagbladwiel
K
Stelschroef zaagbladsteunlager
L
Zaagbladsteunlager
M
Stelschroeven zaagbladgeleider
N
Stelschroef geleiderbeugel
P
Wielborstel
Q
Schaal verstekmeter
R
Vergrendelknop verstekmeter
S
Vergrendelingshendel geleider
Uitpakken
• Pak het product met zorg uit en inspecteer het zorgvuldig.
Maak uzelf vertrouwd met alle kenmerken van het
gereedschap.
• Als er onderdelen beschadigd zijn of ontbreken, ga dan terug
naar de winkelier om ze te laten vervangen.
Montage
WAARSCHUWING: om persoonlijk letsel te voorkomen, moet
ALTIJD de stekker uit het stopcontact worden gehaald
ALVORENS iets te monteren, wijzigen of een zaagblad te
verwisselen.
Montage van zaagtafel
• Afb 1: Verwijder de uitlijnschroef en vleugelmoer (6) aan de
rand van de werktafel (15).
• Afb 1a: Verwijder de veerbelaste zeskantkopschroef (B)
van de hendelas (16) om de kruk (A) los te maken van de
vergrendelingshendel.
• Schuif de werktafel op de onderste zaagbladbehuizing (8)
door het zaagblad door de gleuf (E) in de werktafel te voeren
Zorg ervoor dat de montagerib (D) op de zijkant van de
onderste zaagbladbehuizing in de groef op de draaitapbeugel
van de werktafel grijpt (18).
• Schuif de platte sluitring op het schroefdraadeind van
de kruk (A). Stop het schroefdraadeind van de kruk
in de gebogen gleuf op de draaitapbeugel en in het
schroefdraadgat (c - afb. 2) boven de montagerib op de
onderste zaagbladbehuizing. Draai de schroef aan totdat de
montagerib helemaal in de groef op de draaitapbeugel grijpt.
• Monteer de hendel aan de kurk en bevestig met de
veerbelaste zeskantkopschroef (B).
36
• De vergrendelingshendel (16) wordt geactiveerd wanneer
de kruk naar achteren wordt getrokken naar de veerbelaste
zeskantkopschroef om de werktafel (15) te vergrendelen/
ontgrendelen.
• Breng de uitlijnschroef en vleugelmoer (6) weer aan (zie
afb. 1).
• Stel zo nodig de hoekgeleider (17) bij voor de werkelijke
kantelpositie van de tafel.
Montage van lintzaag op werkstandaard
WAARSCHUWING: zorg er ALTIJD voor dat de lintzaag stevig
op een werkbank of een goedgekeurde werkstandaard is
bevestigd. De lintzaag kan tijdens het werk als gevolg van
trillingen van de motor, het gewicht op de werktafel en
andere factoren omvallen, schuiven of over de werkstandaard
bewegen. Als dit niet gebeurt, kan dit tot ongelukken leiden
met als gevolg ernstig persoonlijk letsel.
• De lintzaag moet met zware bouten en moeren (niet
meegeleverd) via de vier gaten in de basis stevig op
een werkstandaard of werkbank worden bevestigd. Dit
voorkomt dat de lintzaag tijdens het werk omvalt of over de
werkstandaard/werkbank beweegt.
Het zaagblad vervangen
• Draai de bovenste (2) en onderste (7) knop van de
gescharnierde kap los (zie afb. 3).
• Draai de stelknop (14) van de zaagbladafscherming (3) los
en zet hem halverwege boven de tafel (zie afb. 3a). Draai de
stelknop van de zaagbladafscherming aan (14).
• Draai de twee montageschroeven van de
zaagbladafscherming (G) (afb. 3A) los met de zeshoekige
sleutel en verwijder de zaagbladafscherming (3).
• Verwijder de uitlijnschroef (6) van de werktafel.
• Draai de spanknop (12) linksom om de spanning van het
zaagblad weg te nemen en verwijder het oude zaagblad.
• Schuif het oude zaagblad los van de bovenste en onderste
zaagbladwielen (F) en door de gleuf in de tafel.
• Voer het nieuwe zaagblad door de gleuf in de tafel (E) en
op de zaagbladwielen (F) zodat de tanden naar de gleuf in
de tafel zijn gericht en naar beneden naar de werktafel (zie
afb. 2A).
• Breng het zaagblad in het midden van het zachte, antislip
oppervlak van de bovenste en onderste zaagbladwielen (f)
aan.
• Draai de wielen rechtsom om te assisteren bij het centraal
aanbrengen van het zaagblad op de zaagbladwielen.
Zaagbladspanning
• Wanneer het zaagblad centraal is aangebracht op de
bovenste en onderste zaagbladwielen (F), draait u
de stelknop (12) rechtsom totdat de veer net wordt
samengedrukt.
• Blijf aandraaien totdat het blad strak staat op de bovenste en
onderste zaagbladwielen.
• Zorg ervoor dat het zaagblad strak staat zodat het niet op de
wielen slipt, maar draai niet te hard aan.
Zaagbladvolging
N.B. Stel de spanning van het zaagblad in voordat de volging
wordt bijgesteld. Stel vast dat de zaagbladgeleiders het
zaagblad niet raken.
• Draai het bovenste zaagbladwiel met de hand rechtsom en