Veiligheidsvoorzieningen; Veiligheidslabels; Bedrijfsveiligheid - Carbest 92601 Manuel De L'utilisateur

NL

1. VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN

1.1 Veiligheidslabels

Dit symbool waarschuwt tegen risico's die kunnen resulteren in ernstig of dodelijk persoonlijk letsel.
Dit symbool verwijst naar een gevaarlijk of onveilig gebruik dat in potentie kan resulteren in persoonlijk
letsel of schade aan de producteigenschap.
Dit symbool waarschuwt tegen directe risico's die zullen resulteren in ernstig of dodelijk persoonlijk letsel.

1.2 Bedrijfsveiligheid

• Gebruik de generator volgens de instructies voor veilig en betrouwbaar bedrijf.
• Voer altijd een voorafgaande bedrijfscontrole uit voordat de motor wordt gestart.
• Reinig en onderhoud de apparatuur goed.
• Lees de handleiding zorgvuldig door vóór het bedrijf. Indien dit niet gebeurt, kan persoonlijk
letsel of schade aan de apparatuur worden veroorzaakt.
• Laat de generator nooit in een besloten ruimte lopen, aangezien de uitlaat giftig koolmonoxide-
gas uitstoot.
• Benzine is een zeer brandbare en explosieve vloeistof. Laad benzine bij in een goed geventileerde
ruimte met gestopte motor.
• Zorg ervoor dat u tijdens bedrijf het uitlaatsysteem niet aanraakt, omdat dit brandwonden
kan veroorzaken.
• Let op de waarschuwingslabels, omdat het uitlaatsysteem van de motor tijdens bedrijf heet
zal worden en direct nadat de motor wordt stilgezet heet zal blijven.
• Houd de generator tijdens bijvullen uit de buurt van sigaretten, open vlammen, rook en / of vonken.
• Aansluitingen voor noodstroom op een elektriciteitssysteem van een gebouw moeten door een
gekwalificeerde elektricien worden aangebracht en moeten voldoen aan alle wetten en elektri-
citeitscodes die van toepassing zijn. Onjuiste aansluitingen kunnen brand veroorzaken.
• Plaats de generator tijdens bedrijf minimaal 3 voet (90 cm) van gebouwen of andere apparatuur af.
• Laat de generator op een egaal oppervlak lopen. Als de generator kantelt, kan morsen van
brandstof het gevolg zijn.
• U dient te weten hoe u de generator snel stopt; u moet tevens het gebruik van de hele bediening
begrijpen. Laat nooit iemand de generator zonder goede instructies bedienen.
• Houd kinderen, huisdieren en roterende onderdelen tijdens bedrijf uit de buurt van de generator.
• Bedien de generator niet in de regen of de sneeuw.
• Laat vocht niet in contact komen met de generator.
• Raak de bougie niet aan terwijl de generator loopt en kort nadat de generator is uitgeschakeld.
122
GEVAAR
WAARSCHUWING
LET OP