7.2.1) Functies eerste niveau (functies ON-OFF)
Tabel 8: lijst programmeerbare functies: eerste niveau
Led Functie
L1
Automatisch sluiten
L2
Terugloop na Foto
L3
Sluit altijd
L4
Stand-By
L5
Lange terugloop
L6
Voorwaarschuwing
L7
Gevoeligheid
L8
2 motoren
Bij normaal functioneren van TEN zijn de ledlampjes L1....L8 aan of uit op basis van de status van de functie waaraan zij gekoppeld zijn,
bijvoorbeeld L1 is aan, als de functie "Automatisch sluiten" actief is. Tijdens de manoeuvre knipperen de leds L1...L8 waarmee ze de kracht
aangeven die nodig is om de deur op dat moment te bewegen. Als L8 knippert, is de benodigde kracht gering en die loopt op tot het
knipperen van L1 die de maximumkracht aangeeft. Gelieve op te merken dat er geen enkel verband bestaat tussen het door de ledlampjes
tijdens de manoeuvre aangegeven krachtniveau (dat een absolute waarde is) en het niveau dat door de leds wordt aangegeven tijdens het
programmeren van de kracht (dat een relatieve waarde is). Zie L5 en L6 in tabel 10.
7.2.2) Programmering eerste niveau (functies ON-OFF)
In de fabriek worden alle functies van het eerste niveau op "OFF" gezet, maar dat kan op elk gewenst moment veranderd worden zoals in
tabel 8 is aangegeven. Let bij het uitvoeren van deze procedure goed op, want er is een tijdlimiet van 10s tussen het moment waarop u op
de ene toets en vervolgens op de andere drukt; wanneer deze limiet overschreven wordt, zal de procedure automatisch beëindigd worden
waarbij de wijzigingen die tot dat moment aangebracht zijn, in het geheugen worden opgeslagen.
Tabel 9: voor het wijzigen van de functies ON-OFF
1.
Druk op de toets [Set] en houd die ongeveer 3s ingedrukt
2.
Laat de toets [Set] los wanneer het ledlampje L1 begint te knipperen
3.
Druk op de toets [▲] o [▼] om het knipperende ledlampje te verplaatsen op het ledlampje dat
de te wijzigen functie vertegenwoordigt
4.
Druk op de toets [Set] om de status van de functie te wijzigen (kort knipperen = OFF;
lang knipperen = ON)
5.
Wacht 10s om de programmering wegens het verstrijken van de maximale tijdsduur te verlaten.
N.B.: de punten 3 en 4 kunnen tijdens dezelfde programmeerfase herhaald worden om andere functies op ON of OFF te zetten.
Beschrijving
Met deze functie is een automatische sluiting van de deur mogelijk na afloop van de geprogrammeerde
pauzeduur; in de fabriek is de Pauzeduur afgesteld op 30 seconden maar dit kan gewijzigd worden in 10,
20, 40, 60, 80, 120, 160 en 200 seconden.
Als de functie niet actief is, werkt de deur "semi-automatisch".
Met deze functie is het mogelijk de deur zo lang pen te houden als nodig is om er doorheen te gaan; door
het in werking treden van "Foto" gaat de deur automatisch weer dicht na een pauzeduur van 5s
(onafhankelijk van de geprogrammeerde waarde).
Dit verandert al naar gelang de functie "Automatische Sluiting " al dan niet actief is.
Wanneer "Automatische Sluiting" niet actief is: De deur gaat steeds helemaal open (ook als Foto
eerder vrij komt). Bij het vrijkomen van Foto gaat de deur automatisch weer dicht na een pauze van 5s.
Wanneer "Automatische Sluiting" actief is: de openingsmanoeuvre wordt onmiddellijk na het
vrijkomen van de fotocellen onderbroken en de deur gaat automatisch weer dicht na een pauze van 5s.
De functie "Terugloop na Foto" wordt altijd uitgeschakeld wanneer een manoeuvre met een instructie "Stop"
onderbroken is. Als de functie "Terugloop na Foto" niet actief is, zal de pauzeduur overeenkomen met de
geprogrammeerde pauzeduur of er zal de deur niet automatisch dicht gaan als de functie niet actief is.
De functie "Sluit altijd" treedt in werking, waarbij een sluiting veroorzaakt wordt, wanneer bij terugkeer van
de stroom wordt geconstateerd dat de deur open is.
Om veiligheidsredenen wordt deze manoeuvre voorafgegaan door een voorwaarschuwing van 3s.
Als de functie niet actief is zal bij terugkeer van de stroom de deur blijven open staan.
Met deze functie kan het verbruik zoveel mogelijk teruggebracht worden. Als deze functie actief is zal de
besturingseenheid 1 minuut na afloop van de manoeuvre de uitgang BlueBUS (en dus de inrichtingen) en
alle ledlampjes uitschakelen met uitzondering van het ledlampje BlueBUS dat langzamer zal gaan
knipperen. Wanneer de besturingseenheid een instructie ontvangt, zal ze de volledige functionering
herstellen. Als deze functie niet actief is zal er geen vermindering van verbruik zijn.
Met deze functie is het mogelijk te kiezen welke terugloop u wilt dat de deur uitvoert nadat STOP of de
krachtbeperking in werking is getreden. Als de functie niet is geactiveerd, is er een korte terugloop (15cm
circa). Als de functie is geactiveerd, vindt inversie plaats tot de maximum hoogte van opening of sluiting.
Met de functie voorwaarschuwing wordt er een pauze van 3s aangehouden tussen het moment waarop het
knipperlicht gaat branden en de manoeuvre begint om van te voren voor een gevaarlijke situatie te
waarschuwen. Als de voorwaarschuwing niet actief is, zal het knipperlicht tegelijk met het begin van de
manoeuvre aan gaan.
Met deze functie is het mogelijk de gevoeligheid van de motor bij obstakeldetectie aanzienlijk te verhogen.
Als deze functie als hulpmiddel wordt gebruikt, dient u voor het vaststellen van de stootkracht ook de
"Snelheid" en "Kracht van de motor" in het menu van het tweede niveau af te stellen.
Deze functie moet worden geactiveerd wanneer er 2 motoren worden geïnstalleerd.
NL
Voorbeeld
SET
3s
SET
L1
of
SET
10s
209