Télécharger Imprimer la page

SCHOLTES CP 957G NL Instructions Pour L'emploi Et L'installation page 21

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

per uur een luchtverversing van 3÷5 maal het volume van de
ruimte te garanderen. Bij een intensief en langdurig gebruik
van het apparaat kan een extra ventilatie noodzakelijk blijken
die kan worden verkregen door bijvoorbeeld het openen van
een raam of een verbetering van de afzuigcapaciteit van de
elektroventilator, indien aanwezig. De gassen van een vloeibaar
gemaakt gasmengsel (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven
laag hangen. De ruimtes waarin gasflessen met LPG staan
moeten dan ook openingen naar buiten hebben ter hoogte
van de vloer, zodat eventueel gelekte gassen van onderen
afgevoerd kunnen worden. Zet geen LPG gasflessen (ook
als deze leeg zijn) in ondergrondse ruimtes; in de ruimte is
het verstandig alleen de gasfles te laten staan die op dat
moment in gebruik is, waar u de gasfles uit de buurt van
warmtebronnen moet neerzetten waardoor de temperatuur van
de gasfles eventueel op kan lopen tot meer dan 50 °C.
Gasaansluiting
Het aansluiten van het apparaat aan de gasleiding of aan de
gasfles moet volgens de normen worden uitgevoerd, nadat u
zich ervan heeft verzekerd dat deze is ingesteld op het soort
gas waarmee het zal worden voorzien. Is dit niet het geval
dan moeten de handelingen in de paragraaf "Aanpassing aan
de verschillende soorten gas" worden uitgevoerd. Op enkele
modellen kan de gasaansluiting zowel links als rechts worden
uitgevoerd; om de aansluiting te veranderen moet u de
slanghouder verwisselen met de afsluitdop en de bijgeleverde
pakking vervangen. Bij gebruik van vloeibaar gas, in een
gasfles, gebruikt u drukregulators die voldoen aan de normen.
Belangrijk: voor een veilig functioneren, juist gebruik van
energie en langere duurzaamheid van het apparaat moet u
zich ervan verzekeren dat de gasdruk correspondeert met
de waarden die zijn aangegeven in tabel 1 "Kenmerken van
de branders en straalpijpjes".
Aansluiting met flexibele slang
Aansluiting door middel van een flexibele gasslang die voldoet
aan de waarden van de normen. De interne diameter van de
slang moet zijn:
- 8 mm voor voeding met vloeibaar gas;
- 13 mm voor voeding met aardgas.
Het is belangrijk dat wanneer flexibele slangen worden gebruikt
men de volgende aanwijzingen opvolgt:
De slang mag op geen enkel punt van zijn verloop in de
buurt komen van onderdelen die warmer zijn dan 50°C;
De slang mag niet korter zijn dan 1500 mm;
De slang mag niet onderhevig zijn aan trekkracht, kronkels
of nauwe bochten.
De slang mag niet in contact komen met scherpe
voorwerpen, scherpe randen of beweegbare onderdelen
en mag niet in de knel raken;
De slang moet over de gehele lengte makkelijk te
inspecteren zijn zodat u probleemloos kunt controleren of
hij in goede staat verkeert;
Verzeker uzelf ervan dat de slang goed vastzit aan de twee
uiteinden en zet hem vast met slangklemmen die voldoen
aan de normen. Wanneer aan een of meer van deze vereisten
niet kan worden voldaan, zal men flexibele metalen buizen
moeten gebruiken, die voldoen aan de normen.
Wanneer het fornuis wordt geïnstalleerd volgens de vereisten
van de klasse 2 subklasse 1 dient men zich uitsluitend aan
het gasnet te verbinden door middel van een flexibele metalen
slang volgens de normen.
Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis aan
een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen
met schroefdraad
Verwijder het rubberbuisje, dat zich op het apparaat bevindt.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout. Gebruik uitsluitend buizen die voldoen aan de
Norm en pakkingen die voldoen aan de Norm. Het in werking
stellen van deze buizen moet zodanig worden uitgevoerd dat
de lengte van de buizen, geheel uitgestrekt, niet meer dan
2000 mm is.
Controle gasdichtheid
Belangrijk: nadat het installeren heeft plaatsgevonden
moet de gasdichtheid worden gecontroleerd met een
zeepoplossing en nooit met een vlam.
Nadat de aansluiting heeft plaatsgevonden moet u
controleren dat de flexibele metalen buis niet in contact
komt met de beweegbare delen of dat hij gekneld raakt.
Belangrijk: Om de aansluiting met vloeibaar gas
(flessengas) tot stand te brengen moet er een drukregelaar
tussen de fles en de buis geplaatst worden die aan de
geldende normen voldoet.
Als de installatie is voltooid moet het gascircuit met behulp
van zeepsop op lekkages worden gecontroleerd (nooit met
een vlam). Controleer of de druk van de gasleiding voldoende
is voor het voeden van het apparaat als alle branders aan
zijn.
Aanpassing aan de verschillende soorten gas
(gebruiksaanwijzing voor de kookplaat)
Voor het aanpassen van de kookplaat aan een soort gas dat
verschilt van het gas waarvoor het fornuis gebruiksklaar is
(aangegeven op het etiket aan de bovenkant van de kookplaat
of op de verpakking) moeten de straalpijpen van de branders
worden vervangen door als volgt te werk te gaan:
• verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de branders
uit hun plaats.
• schroef de straalpijpen los met een steeksleutel van 7 mm
en vervang ze met de straalpijpen geschikt voor het nieuwe
type gas (zie tabel 1 "Kenmerken van de branders en de
straalpijpen"). Zet de onderdelen weer op hun plaats door
de handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
• aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket
dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het etiket dat
overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat gebruiken,
dat u vindt in de straalpijpkit.
Regelen primaire lucht van de straalpijpjes
De branders hebben geen regeling van de primaire lucht nodig.
A
afb.9
21
afb.10

Publicité

loading