Elektrische Aansluitingen; Eenfasige Elektrische Aansluiting; Driefasige Elektrische Aansluiting - Zenit DRO Serie Manuel D'utilisation Et D'entretien

8. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN

8.1 EENFASIGE ELEKTRISCHE AANSLUITING

De eenfasige pompen die geleverd zijn met een NOLTA stekker sluit u aan door de stekker in geschikt stopcontact te steken.
De eenfasige pompen met een condensatordoos sluit u aan door de groen-gele ardedraad te verbinden met de aarde en de
draden die uit de doos komen elektrisch te voeden. Als de draden die uit de doos met de condensator/thermoschakelaar
losgeraakt zijn, moet u deze als volgt verbinden:de ZWARTE draad sluit u aan op een contact van de thermoschakelaar, het
andere contact van de thermoschakelaar op een van de stroomdraden van de voedingslijn en op een van de drie gekleurde
draden die uit de doos komen, de andere stroomdraad van de voedingslijn op de BLAUWE draad en op een contact van de
condensator, het andere contact van de condensator op de BRUINE draad. Bij 1-fasige pompen zonder condensatordoos
sluit u de stroomdraden die uit de pomp komen als volgt aan:de ZWARTE draad sluit u aan op een van de draden van de
voedingslijn, de BLAUWE draad op de andere draad van de voedingslijn en op een contact van een condensator met een
geschikte capaciteit (zie tabel 5 op blz. 82), de BRUINE draad op het andere contact van de condensator.
EENFASIGE elektrische aansluiting Fig. 3 op blz. 88.

8.2 DRIEFASIGE ELEKTRISCHE AANSLUITING

Verbind de groen-gele draad met de aarde en voed de overige draden elektrisch. Als de pomp 3 aansluitdraden heeft, dan
moeten deze worden aangesloten op een driefasige voedingslijn met een spanning en frequentie die overeenstemt met de
gegevens op het typeplaatje of op een schakelbord met een aan/uit schakelaar en eventueel een voorziening voor de
beperking van de aanloopstroom. Als de pomp 6 aansluitdraden heeft, dan moeten deze worden aangesloten op een
schakelbord met een aan/uit schakelaar en een omschakelaar ster/driehoekaansluiting. Als de pomp rechtstreeks met een
driehoekschakeling wordt aangesloten, dan moet de voedingsspanning overeenstemmen met de laagste spanning die op het
typeplaatje is vermeld en bij een sterschakeling met de hoogste spanning. De voedingsdraden zijn als volgt gemarkeerd:
- 3 draden: U – V – W;
- 6 draden: U1 – U2 – V1 – V2 – W1 – W2;
DRIEFASIGE elektrische aansluiting Fig. 4 op blz. 88.
8.3 TEMPERATUURVOELERS
De eenfasige motoren zijn voorzien van een ingebouwde thermische beveiliging met automatische reset.
68