Veiligheidsbepalingen
Een Carrera RC-voertuig is een op afstand bestuurde, met speciale rij-
A
daccu's bediende modelauto. Enkel de originele Carrera RC LiFePO
cu's mogen gebruikt worden. Verwijder de accu uit het voertuig, alvorens
deze op te laden.
Het Carrera RC-voertuig is uitsluitend voor hobbydoeleinden ontworpen
B
en mag uitsluitend op daarvoor voorziene parcours en plaatsen bestuurd
worden. WAARSCHUWING! Gebruik het Carrera RC-voertuig niet in het
wegverkeer.
Bestuur de auto ook niet onder hoogspanningsleidingen of zendmasten
C
of bij onweer! Atmosferische storingen kunnen tot een functiestoring lei-
den. Gelieve bij grote temperatuurverschillen tussen bewaarplaats en
plaats van gebruik te wachten tot het voertuig geacclimatiseerd is, om
vorming van condenswater en de daaruit resulterende functiestoringen te
vermijden.
Rijd nooit met dit product op gras of langpolige tapijten. Het vastgewikkelde
D
gras / tapijtvezels & haren kunnen de rotatie van de assen belemmeren en
de motor verhitten. Met een Carrera RC-voertuig mogen geen goederen,
personen of dieren getransporteerd worden.
Bestuur het Carrera RC-voertuig nooit bij regen of sneeuw in de open
E
lucht. Het voertuig mag niet door water, plassen of sneeuw rijden en moet
droog worden bewaard. Een natte ondergrond zonder plassen is niet
schadelijk voor het voertuig, omdat de elektronica tegen spatwater be-
schermd is.
Gebruik het voertuig nooit in de nabijheid van rivieren, vijvers of meren
F
opdat het Carrera RC-voertuig niet in het water valt. Vermijd het rijden op
trajecten die uitsluitend uit zand bestaan.
Stel het Carrera RC-voertuig niet bloot aan direct zonlicht. Om oververhit-
G
ting van het elektronisch systeem in het voertuig te vermijden moeten bij
een temperatuur van meer dan 35 ° C regelmatig korte rustpauzes wor-
den ingelegd.
Stel het Carrera RC-voertuig nooit aan een continu wisselende belasting,
H
d.w.z. voortdurend voor- en achteruitrijden, bloot.
Zet het voertuig altijd met de hand op de grond neer. Werp het voertuig
I
nooit al staande op de vloer.
Vermijd sprongen van schansen of bordessen, die hoger zijn dan 5 cm.
K
Gebruik nooit bijtende oplosmiddelen voor de reiniging van uw model.
L
Om te vermijden dat het Carrera RC-voertuig met storingen in het
M
besturingssysteem en daardoor ongecontroleerd rijdt, dienen de batterij-
en van de controller en van de voertuigaccu op een foutloze laadtoestand
gecontroleerd te worden. Laders en adapters mogen niet worden kortge-
sloten.
De correcte montage van het Carrera RC-voertuig moet steeds vóór en
N
na iedere rit gecontroleerd worden. Eventueel schroeven en moeren vas-
ter aandraaien.
Gebruiksaanwijzingen
Inhoud van de levering
1 x Carrera RC Voertuig
1
1 x Controller
1 x USB-laadkabel
1 x 6,4 V – 900 mAh LiFePO
2 x 1,5 V micro AAA batterijen (niet oplaadbaar)
Opladen van de accu
Let erop dat u de bijgeleverde LiFePO
2
LiFePO
-lader (USB-laadkabel) laadt. Indien u de accu met een andere
4
LiFePO
-lader of een ander type lader probeert op te laden, kan dit tot ernstige
4
schade leiden. U kunt de accu met de bijbehorende USB-laadkabel aan een
USB-poort van een computers of een USB-netadapter met ten minste 1A uit-
gangsstroom laden:
• Verbind de USB-laadkabel met de USB-poort van een computer
aan de USB-laadkabel brandt groen en geeft aan dat de laadeenheid correct op
de computer is aangesloten. Wanneer u een lege accu aansteekt brandt de led
op de USB-laadkabel niet meer en toont aan, dat de accu geladen wordt.
De USB-laadkabel is zo gemaakt, dat verwisseling van de polen uitgesloten is.
• Het duurt ongeveer 80 minuten om een lege accu (niet diepontladen) weer
op te laden. Wanneer de accu volledig geladen is, brandt de ledindicator aan
de USB-laadkabel weer groen.
Accu
4
-accu alleen met de bijgeleverde
4
Laad de accu na gebruik absoluut weer op, om een zogenaamde diepte-
ontlading van de accu te vermijden. De accu moet na gebruik minimum
20 minuten afkoelen, voor hij weer volledig mag worden geladen. Een
-ac-
4
nietinachtneming van deze pauze kan leiden tot een defecte accu. Laad
de accu van tijd tot tijd (ca. alle 2–3 maanden) op. Een niet-inachtneming
van de bovenstaande omgang met de accu kan tot een defect leiden.
Aanbrengen van de accu
Verwijder met een schroevendraaier het deksel van het accuvak bij het
3
Carrera RC-voertuig.
Verbind het kabeluiteinde van het Carrera RC-voertuig met dat van de accu.
Accu inleggen. Deksel met een schroevendraaier dichtschroeven.
Plaatsen van de batterijen
Open het batterijvak met een schroevendraaier en plaats de batterijen in
4
de controller. Let op de correcte polariteit. Gebruik nieuwe en oude batte-
rijen of batterijen van verschillende fabrikanten nooit samen. Na het sluiten
van het vak kunt u de functionaliteit van de controller met behulp van de Po-
werschakelaar op de voorzijde controleren. Bij de ON-positie van de Power-
schakelaar en reglementaire functie dient de LED bovenaan in het midden van
de controller rood op te lichten.
Nu kan de rit beginnen
Binding van voertuig en controller
Het Carrera RC-voertuig en de controller zijn in de fabriek gekoppeld.
1. Schakel het voertuig met de ON/OFF-schakelaar in.
5
De LED op de bovenzijde van het voertuig knippert ritmisch.
6
2. Schakel de controller in. De LED aan de controller knippert ritmisch.
7
Na enkele seconden branden de LEDs aan het voertuig en de controller
permanent. De koppeling is voltooid.
Eerst oefenen!
Waarschuwing, dit voertuig haalt snelheden tot 20 k m/h. Gelieve te
8
oefenen op een vrije plaats met minimum 2,5x2,5 meter oppervlak. Gelie-
ve bij de eerste keer de gashendel slechts voorzichtig te bedienen.
Bouw met veiligheidsdriehoeken, blikjes of dergelijke een Carrera RC-
9
racecircuit op een grote en vrije plaats. De fundamentele besturingstech-
niek bij het rijden met een Carrera RC-voertuig bestaat erin, op rechte stukken
snel te rijden en in de bochten af te remmen.
• B ij het vervangen van de eerste accu door de tweede moet een rijpauze
van minstens 10 minuten worden ingelast. Bij daarop volgende vervan-
gingen moet telkens een rustpauze van minstens 20 minuten worden
ingelast.
• P ermanent gebruik van de motor vermijden.
• R ijden op vloerbedekking met hoge weerstand verkort de rijtijd!
• A ls het voertuig zichzelf meermaals kort na elkaar vanzelf uitschakelt
is de accu leeg. Gelieve de accu te laden.
• N a ca. 30 minuten stilstand worden de controller en het voertuig auto-
matisch uitgeschakeld. Om het voertuig opnieuw te gebruiken zet u de
ON/OFF schakelaar aan controller & voertuig eenmaal op OFF en aan-
sluitend weer op ON.
• V oor het uitschakelen na de rit de stappen in omgekeerde volgorde volgen.
• N a de rit de accu uitnemen. Laad de accu na gebruik absoluut weer op,
om een zogenaamde diepteontlading van de accu te vermijden. De
accu moet na gebruik minimum 20 minuten afkoelen, voor hij weer vol-
ledig mag worden g eladen.
• B ewaar de accu altijd buiten het voertuig.
• H et Carrera RC-voertuig na de rit schoonmaken.
Functies van de controller
SERVO TRONIC / Differentieelbesturing
10
Met de joysticks kunt u nauwkeurige stuuren rijmanoeuvres uitvoeren.
Joystick links en rechts: Vooruit- en achteruitrijden met verschillende snel-
heden, bij gelijkmatig en gelijktijdig bedienen van de linker en rechter joystick.
. De led
Een stuurbeweging naar links voert u uit door de rechter joystick naar voren te
bewegen en vervolgens weer los te laten. Voor een stuurbeweging naar rechts
dient u de linker joystick naar voren te wegen en vervolgens weer los te laten.
Spectaculaire saltostunts
11
Door beide joysticks tijdens het snel rijden snel in tegengestelde richting
tot aan de aanslag boven en beneden te bewegen, kan de flip geactiveerd
worden, waarbij het voertuig over de kop slaat.
19
NEDERLANDS