NL
c/ Hydraulische aansluiting (Fig 6-9)
De pomp wordt horizontaal onder het apparaat geplaatst en vangt de condens op via de
bovenzijde met behulp van 4 openingen van Ø 30 mm. Het opvoeren geschiedt via de terugslagklep waa-
rop een slang met een binnendiameter van 10 mm wordt bevestigd, waarvan de maximaal toelaatbare
krommingsstraal 60 mm is. Gebruik voor slangen van Ø 6 mm het verloopstuk Ø 6 x Ø 10 mm. In dit geval
wordt de hoeveelheid verminderd. Voor het monteren of demonteren van de slang van de klep verdient het
de voorkeur deze van tevoren te verwijderen.
d/ Installatie / instelling (Fig 6-9)
De pomp kan tegen een muur bevestigd worden (meegeleverde mal 262 mm en bevestigingsschroef op
pagina 3-4), op de vloer geplaatst worden of aan het plafond opgehangen worden met behulp van vier
bevestigingslipjes (voor montage aan het plafond moeten 4 stangetjes met schroefdraad + moeren en de 2
meegeleverde mallen op pagina 3-4 gebruikt worden). Het is tevens mogelijk de wateruitlaat aan de hand
van de bak te kiezen. Omkeerbaar pompblok. Rond de pomp moet er ruimte vrij blijven om het afkoelen te
vergemakkelijken. Zorg dat de condensslangen niet samengeknepen worden. Gebruik, indien nodig, een
gewapende slang. Bekijk voor het verminderen van de hoeveelheid als gevolg van drukval de kromme.
Verwarming (
EN12056.1, §4.5, §5.8)
Opvoering binnen aangeraden.
2/GEBRUIK
LET OP: verwijder vóór het in bedrijf nemen altijd het rode vergrendelingslipje van de vlotter dat zich
aan de zijde van het deksel bevindt (Fig. 12).
a/ Werking
Doe water in de pomp. Controleer of de pomp inschakelt en uitschakelt wanneer het waterpeil gezakt is.
Giet voor het controleren van de werking van het alarm voortdurend water in de pomp, totdat de alarmfunc-
tie ingeschakeld wordt (uitschakeling apparaat, geluids- of lichtalarm, enz.).
b/ Reiniging
LET OP: voor alle werkzaamheden aan de pomp moet deze spanningloos gemaakt worden.
De binnenzijde van de pomp moet regelmatig gereinigd worden. Verwijder de bak van de pomp en reinig
deze met een oplossing met 5 % bleekwater. Zorg ervoor dat de vlotter schoon blijft. Zet de bak terug en
test opnieuw de werking van de pomp (
3/ REPARATIE
Als uw pomp continu werkt, controleer dan:
1) Of u het transportlipje goed verwijderd heeft
2) Of de opvoerbuizen niet verstopt of vastgeklemd zijn
3) Of de terugslagklep niet vuil is
Als uw pomp continu of op abnormale wijze werkt (snel aan/uit), controleer dan of de terugslagklep niet
beschadigd is.
Als uw pomp niet start, controleer dan de elektrische aansluiting en de voeding.
4/ GARANTIE.
24 maanden vanaf de leveringsdatum. Deze garantie betreft de onderdelen met materiaal- of fabricatie-
fouten en beperkt zich tot het vervangen of het herstellen van de defecte onderdelen, zonder dat enige
schadeloosstelling of –vergoeding geclaimd kan worden. De naar onze servicedienst geretourneerde pom-
pen moeten compleet zijn en vergezeld worden van een notitie waarin het geconstateerde vermeld staat.
Wij kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden in geval van een niet-conforme installatie, het niet in acht
nemen van de instructies en indien het alarm niet is aangesloten.
: de buis van Ø20 mm moet tegen zuur water bestendig zijn (pH<6.5).
2.a) en het alarm.
§
21