BELICHTING
Functie
Beschrijving
SHUTTER
Instelling voor de belichtingstijd
AUTO:
1/25~1/50000:
AGC
Instelling voor de max. versterkingsfactor (bovengrens) die de camera toepast
(0~15). De camera kiest automatisch de versterkingsfactor.
GEVOELIGHEID
Instelling van de lange belichtingstijd. Door een langere belichting van ieder
afzonderlijk beeld verschijnt het daaruit resulterende beeld helderder. Dit heeft
een lagere beeldfrequentie tot gevolg (hoe langer de belichtingstijd, hoe lager
de beeldfrequentie)
UIT:
AUTO (2x~30x):
HELDERHEID
Instelling voor de basishelderheid van het beeld (1~100)
D-WDR
Softwaretechnische verbetering van de contrastverhouding in het beeld.
Donkere delen worden daarbij helderder gemaakt, waarbij tegelijkertijd wordt
geprobeerd om de heldere delen niet helderder weer te geven.
UIT:
AAN:
ONTNEVELEN
Deze functie verbetert de beeldkwaliteit in een mistig camerabeeld.
UIT:
AAN:
POS/GROOTTE: Instellingen van het referentiebereik in grootte en positie
GRAD.
VORIGE
Terug naar vorige menupagina
BACKLIGHT
Functie
Beschrijving
UIT
Deactivering van iedere tegenlicht- of contrastbehandeling
WDR
Wide Dynamic Range. Contrastbehandeling van het videobeeld door
tweevoudige belichting (korte en lange belichting) van het beeld.
VERSTERKING (LAAG / GEMIDDELD / HOOG): Intensiteit van de functie
WDR BRIGHT (0~60):
WDR OFFSET (0~60):
BLC
Back Light Compensation. Tegenlichtcompensatie. De functie probeert helderde
delen in het videobeeld donkerder weer te geven, waarbij de helderheid van
donkere delen ongewijzigd blijft.
Automatische aanpassing van de belichtingstijd aan de
omgevingscondities.
Vaste belichtingstijd
Lange belichtingstijd gedeactiveerd
Lange belichtingstijd geactiveerd, met waarde voor
bovengrens
Functie gedeactiveerd
Functie geactiveerd
Functie gedeactiveerd
Functie geactiveerd
Intensiteitsniveaus voor de functie
Verschuiving van de basisinstelling op de
helderheidsschaal
Wijziging van de basisversterkingsfactor
65
Nederlands