NL
een door Tractel geschoolde en geautorise-
erde vaakman schriftelijk heeft verklaard
dat deze weer mag worden gebruikt.
9. TRACTEL ® stelt zich niet aan sprake lijk
voor het gebruik van een vangwagen die
niet onder haar controle werd gedemon-
teerd, met name bij het vervangen van
originele onderdelen voor onderdelen van
andere herkomst. Elke wijziging van of
aanvulling op de uit rusting mag uitsluitend
na voorafgaande schriftelijke toestemming
van TRACTEL ® plaatsvinden.
10. De vangwagen nooit buiten zijn gren-
zen of in situaties gebruiken waarvoor hij
niet geschikt is.
11. De volledige FABA™-klimbeveili-
gings installatie en alle in het systeem
voor valbescherming ermee verbonden
bestanddelen nooit voor andere doeleinden
gebruiken dan waarvoor ze geschikt zijn,
en onder andere condities inzetten dan die
welke in deze hand leiding zijn bepaald.
De vangwagen mag met name nooit als
ophanging voor de gebruiker worden ge-
bruikt (uitzondering: opvangen na val en
de daaropvolgende reddingsmaatregelen).
12. De FABA™-vangwagens, vooral de
textiele bestanddelen, mogen niet worden
blootgesteld aan agressieve stoff en (bijv.
zuren en logen, verven en lakken, grote
hitte en open vuur, scherpe randen, etc.).
Wanneer dat toch is gebeurd, moet de
desbetreff ende vangwagen aan het gebruik
worden onttrokken en pas dan weer wor-
den gebruikt wanneer een door Tractel ge-
schoolde en geautoriseerde vaakman zijn
schriftelijke toestemming heeft verleend.
13. De vangwagen dient aan elke gebruiker
persoonlijk te worden toege wezen. Wan-
neer de uitrusting aan personen in vaste
dienst of daaraan gelijkgestelde personen
wordt toe vertrouwd, dienen de wettelijke
maat regelen ter bescherming van de wer-
knemer in acht te worden genomen.
14. De gebruiker moet zich bij het gebruik
van de uitrusting in een buitengewone
lichamelijke en geestelijke conditie bevin-
den, ingeval van twijfel dient een arts te
worden geraadpleegd. De FABA™-vang-
wagen mag niet door zwangere vrouwen
worden gebruikt.
15. Om veiligheidsredenen dienen de
werkzaamheden zodanig te worden
uitgevoerd, dat het valgevaar en de
valhoogte tot een minimum worden
gereduceerd. Het is van groot belang
dat elke keer voordat de installatie wordt
gebruikt, de vrije ruimte tot aan het
botsoppervlak onder de werkplek van
de gebruiker wordt gecontroleerd, zodat
hij bij een val noch tegen een hindernis
botst noch op de grond valt. De vereiste
binnen werkse hoogte onder de voeten
van de gebruiker moet minimaal
2,00 m bedragen. Binnen de eerste
twee meter is de gebruiker in sommige
gevallen niet beveiligd tegen het op
de grond vallen, het is daarom een
vereiste om bij het klimmen en dalen
bijzonder voorzichtig te werk te gaan!
16. De FABA™-vangwagen moet min-
stens elke 12 maanden door Tractel
Greifzug GmbH of een door Tractel
geschoolde en geautoriseerde vaakman
worden gecontroleerd. De controle
moet de werking van het apparaat en
de leesbaarheid van de aanduiding
omvatten en in het controlelijst worden
gedocumenteerd. De veiligheid van de
gebruiker hangt van de instand houding
van de werking van de uitrusting af.
Het is mogelijk dat onder "verzwaarde
gebruiksomstandigheden" de controle
vaker moet worden uitgevoerd.
17. Elke FABA™-vangwagen die defi -
nitief afgekeurd is, moet worden vernie-
tigd of permanent onbruikbaar worden
gemaakt om te voorkomen dat deze per
abuis toch wordt gebruikt.
18. Om de veiligheid van de gebruiker
te garanderen wanneer de vangwagen in
een vreemdtalig land wordt doorverkocht,
dan is de handelaar onvoorwaardelijk ver-
plicht om de handleidingen voor gebruik,
onderhoud, reparaties en regelmatige
controles in de taal van het desbetreff ende
land te leveren.
27