7
Instelling
WAARSCHUWING
Gevaar voor ongevallen, elektrische schokken
f Haal vóór alle werkzaamheden aan de machine
altijd de stekker uit het stopcontact.
7.1 Motor-electronic
Zachtaanloop
De elektronisch geregelde "zachtaanloop" zorgt voor
een stootvrije aanloop van de motor en heeft een ge-
ringe aanloopstroom nodig (zwakkere smeltveiligheid
noodzakelijk).
Constant toerental
Het motortoerental wordt elektronisch constant ge-
houden. Daardoor wordt ook onder belastingeen
gelijkblijvende zaagsnelheid bereikt.
Overbelastingsbeveiliging
Bij extreme overbelasting (overlangse sneden, ge-
bruik van botte zaagbladen) kan de stroomopname
aanzienlijk boven de toegestane nominale waarde
uitkomen. In dit geval beschermt een elektronische
overbelastingsbeveiliging de motor tegen doorbran-
den. De motor wordt daarbij door een "elektronische
veiligheidskoppeling" uitgeschakeld en loopt meteen
na ontlasting weer verder.
Temperatuurbeveiliging
Extreme overbelasting bij continubedrijf leidt tot
verhitting van de motor. Ter beveiliging tegen over-
verhitting (doorbranden van de motor) iseen elek-
tronische temperatuurbewaking ingebouwd. Vóór
het bereiken van een kritische motortemperatuur
schakelt de veiligheidselektronica de motor uit. Na
een afkoelperiode vanca. 3–5 minuten is de machine
weer gereed voor gebruik en kan deze weer volledig
belast worden. Indien men de machine onbelast
resp., met hersteltoerental laat draaien kan men de
afkoelperiode aanzienlijk bekorten.
7.2 Zaagdiepte instellen
Draai de spanhendel [1-16] los.
Stel de zaagdiepte met de schaalverdeling
[1-15] in op de gewenste maat.
Omhoog: kleinere zaagdiepte
Omlaag: grotere zaagdiepte afbeelding
Draai de spanhendel [1-16] weer vast.
Om een optimaal zaagresultaat te bereiken, mag het
zaagblad maximaal 3 mm uit het materiaal steken.
7.3 Zaaghoek instellen
Ontgrendel de vastzethendel [1-7] en [1-18].
Stel de vastzethendel met behulp van de schaalver-
deling [1-19] in op de gewenste waarde (de schaal-
verdeling voor de zaaghoek is in stappen van 1°
gekenmerkt).
Zet de vastzethendel [1-7] en [1-18] weer vast.
WAARSCHUWING
Bij verstekzagen is de maximale zaag diepte
beperkt.
7.4 Snede-aanduiding
Het snijverloop van de HK 132 E is afhankelijk van
de schuinteverstelling en kan afgelezen worden op
de snede-aanduiding.
7.5 Parallelgeleider
In de basisplaat [2-2] van de machine kunnen ver-
schillende parallelaanslagen van links [2-3] en van
rechts [2-4] worden ingeschoven.
Schroef de parallelaanslag vast met de vleugelschro-
even [2-1].
7.6 Afzuiging
VOORZICHTIG
Het ingeademde stof kan de ademhalingswegen
beschadigen.
f Het gereedschap moet permanent op de
afzuiginstallatie aangesloten zijn.
f Draag een respirator bij stoffi ge werk-
zaamheden.
Voor het afzuigen van stof kan op de ope ning voor
de afvoer van zaagsel een opzet stuk voor afzuigen
[1-1] worden gezet, met behulp waarvan een normale
afzuigslang voor stofzuigers geplaatst kan worden.
7.7 Zaagblad verwisselen
Gevaar voor letsel!
f Trek voor het wisselen van het zaag blad de
stekker uit het stopcontact.
f Draag werkhandschoenen!.
Zaagvermogen en zaagkwaliteit zijn vooral afhankelijk
van de toestand en de vertan ding van het zaagblad.
Gebruik daarom uit sluitend scherpe en voor het te
bewerken materiaal geschikte zaagbladen.
52
WAARSCHUWING