Informations concernant le modèle réel:
En Prusse, on s'est toujours efforcé de rationaliser,
si bien qu'à la fin des années 1910, on a eu recours
à des principes de construction éprouvés pour
la fabrication d'une nouvelle locomotive-tender
destinée au trafic autour de Berlin. Ainsi, certaines
parties de la locomotive et du train de roulement
furent reprises, avec quelques modifications issues
de la G8.1 qui avait fait ses preuves auparavant. Les
nouvelles locomotives furent intégrées dans la série
T14. D'abord acquise uniquement par la direction
de Berlin, la locomotive atteignit une large diffusi-
on. Au total, 457 exemplaires furent construits pour
les chemins de fer de l'État prussien. Par la suite,
les chemins de fer du Reich en Alsace-Lorraine ont
également commandé 40 locomotives de ce type.
Après la Seconde Guerre mondiale, la série 93.0-4
était largement répandue en Europe. Une fois
remise en état, elle fut en effet, à nouveau utilisée
en Pologne, en Belgique et en Autriche, en plus de
l'Allemagne divisée. La DB utilisa ses machines jus-
qu'en 1960, le dépôt de Limburg et les lignes entre
la Lahn, la Dill et la Sieg étant leur dernier refuge.
La DR les utilisa encore jusqu'en 1971, notamment
à Berlin et dans les environs pour les trains de
marchandises.
Informatie over het voorbeeld:
In Pruisen was het doelmatig inrichten van het
ontwikkelings- en productieproces een probleem,
zodat eind jaren 1910 beproefde ontwerpprincipes
werden gebruikt om een nieuwe tenderlocomotief te
bouwen voor de diensten rond Berlijn. Onderdelen
van de aandrijving en het onderstel zijn met enkele
wijzigingen overgenomen van de beproefde G8.1.
De nieuwe locomotieven werden opgenomen als de
serie T14. Aanvankelijk waren zij alleen aangeschaft
door de directie Berlijn, later werd de locomotief ook
buiten de regio Berlijn veelvuldig ingezet. Voor de
Pruisische Staatsspoorwegen KPEV werden in totaal
457 exemplaren gebouwd. De Reichseisenbahnen
in Elzas-Lotharingen bestelde ook 40 locomotieven
van dit type. Na de Tweede Wereldoorlog was het
type 93.0-4 verspreid over geheel Europa. Na grote
herstellingen werden de locomotieven niet alleen
in het verdeelde Duitsland opnieuw ingezet, maar
ook in Polen, België en Oostenrijk. De DB gebruikte
haar machines tot 1960, waarbij Bw Limburg en de
baanvakken tussen Lahn, Dill en Sieg waren hun
laatste inzetgebieden waren. Bij de DR bleef de serie
BR 93 in gebruik tot 1971. De locomotieven werden
hier vooral in en rond Berlijn ingezet voor goederen-
treinen.
5