of voorwerpen af in werking stellen. Personen en dieren
mogen de loop van de bewegende poort niet kruisen.
Maandelijks controles : De volgende controles dienen
maandelijks te worden uitgevoerd : De functies van de
garagepoortaandrijving. De garagepoort moet terug bewegen
als hij een 50 mm hoog voorwerp raakt dat op de grond ligt.
Na verstelling van de kracht of van de loopgrenzen moet de
poortopener opnieuw worden gecontroleerd. Een verkeerde
instelling van het openingsmechanisme kan ernstige ver-
wondingen of zelfs de dood veroorzaken.
De functie van de bijkomend geïnstalleerde accessoires (b.v.
-
lichtgordijn).
Controleren of alle schroefverbindingen goed vast zitten.
-
De garagepoort en de garagepoortaandrijving op slijtage,
-
defect of onvoldoende balans (b.v. veren, bevestigingsstukken
of kabels) controleren.
Indien mogelijk de noodontgrendeling enkel gebruiken als de
poort gesloten is. Wees voorzichtig bij het gebruik van deze
uitschakeling bij een geopende poort. Zwakke of gebroken
veren kunnen ertoe leiden dat de poort snel dichtklapt, wat
ernstige verwondingen of de dood zou kunnen veroorzaken.
Garagepoorten in het juiste evenwicht houden. Zie handboek
van de fabrikant. Een verkeerd gebalanceerde poort zou
eveneens ernstige verwondingen of de dood kunnen
veroorzaken. Laat alleen opgeleid onderhoudspersoneel
reparaties uitvoeren aan leidingen, veeronderdelen en andere
bouwelementen.
Ondanks de elektronische krachtbegrenzing kunnen op
sommige plaatsen zoals bijvoorbeeld aan het draaipunt van
de poort grote draaimomenten ontstaan. Bijgevolg moet aan
de bewegingsafloop de grootste aandacht worden besteed om
zware ongelukken, vooral met kinderen, te voorkomen.
Bewaar deze instructies!
11. Belangrijke montagerichtlijnen
OPGELET - Ter voorkoming van ernstige verwondingen of de
dood:
1. Lees en volg alle instructies.
2. Uitsluitend monteren aan een correct gebalanceerde
garagepoort. Een verkeerd gebalanceerde poort zou ernstige
verwondingen kunnen veroorzaken. Laat alleen opgeleid
onderhoudspersoneel reparaties uitvoeren aan de leidingen,
veeronderdelen en andere bouwelementen, vóór het
openingsmechanisme wordt geïnstalleerd.
3. Voor de montage van het openingsmechanisme, alle kabels
en alle vergrendelingen verwijderen of onwerkzaam maken,
tenzij deze door het op de garagepoort aangesloten
openingsmechanisme worden bediend.
4. Indien mogelijk, de poortopener 2,1 meter of meer boven de
vloer aanbrengen, het nooduitschakelmechanisme 1,8 meter
boven de vloer.
5. Plaatsing bij gebruik van een drukknop, a : op zichtafstand
van de poort, b : in een minimumhoogte van 1,5 m zodat
kleine kinderen hem niet kunnen bereiken en c : ver van alle
bewegende delen van de poort af.
6. Na de montage van het openingsmechanisme moet de poort
teruglopen als hij een 50 mm hoog voorwerp raakt dat op de
grond ligt.
7. Na de montage dient u er zich van te vergewissen dat delen
van de poort niet in openbare voetpaden of wegen uitsteken.
8. Vergewis u zich na de montage ervan dat de aandrijving de
openingsbeweging voorkomt of stopt indien de poort met een
massa van 20 kg wordt belast die in het midden aan de
onderkant van de poort is vastgemaakt (voor aandrijvingen
die bij een poort kunnen worden gebruikt die van openingen
in de poortvleugel van groter dan 50 mm is voorzien)
16
6. §ÂÈÙÔ˘ÚÁ›Â˜
ÕÓÔÈÁÌ· Î·È ÎÏ›ÛÈÌÔ Ì¤Ûˆ Û‹Ì·ÙÔ˜ ·ÏÌÔ‡ ÙÔ˘ ÔÌÔ‡
¯ÂÚÈÔ‡, ÂÛˆÙÂÚÈÎÔ‡ ‰È·ÎfiÙË Â·Ê‹˜, ‰È·ÎfiÙË - ÎÏÂȉÈÔ‡ ‹
ˆ‰ÈÎÔÔÈË̤ÓÔ˘ ÎÏÂȉ·ÚÈ¿˜.
™‡ÛÙËÌ· ·ÛÊ·Ï›· ηٿ ηٿ¯ÚËÛ˘ Έ‰ÈÎÔ‡ (Rolling Code)
ÚÔÛٷهÂÈ ·fi ¿ÓÔÈÁÌ· Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜ ·fi ÌË
·ÚÌfi‰ÈÔ˘˜ ÙÚ›ÙÔ˘˜.
∂¿Ó ηٿ ÙÔ ¿ÓÔÈÁÌ· ‹ ÎÏ›ÛÈÌÔ Ë Áηڷ˙fiÔÚÙ· ¤ÛÂÈ
¿Óˆ Û ÂÌfi‰ÈÔ, ÛÙ·Ì·Ù¿ÂÈ Î·È ·Ó·ÎÔ˘Ê›˙ÂÈ ÙËÓ fiÚÙ·.
™ÙÔÓ ÂfiÌÂÓÔ ·ÏÌfi ÎÈÓÂ›Ù·È ·ÓÙÈÛÙÚfiʈ˜.
∏ Áηڷ˙fiÔÚÙ· ÌÔÚ› Ó· ÛÙ·Ì·ÙËı› Û οı ÂӉȿÌÂÛË
ı¤ÛË ·fi Û¯ÂÙÈÎfi ·ÏÌfi.
ªÂ ÙÔÓ ÂfiÌÂÓÔ ·ÏÌfi ÌÂÙ¿ ÙÔ ÂӉȿÌÂÛÔ ÛÙ·Ì¿ÙËÌ·, Ë
Áηڷ˙fiÔÚÙ· ÎÈÓÂ›Ù·È ·ÓÙÈÛÙÚfiʈ˜.
∏ Áηڷ˙fiÔÚÙ· ÎÚ·ÙÈ¤Ù·È ÎÏÂÈÛÙ‹ ·fi ÙÔ Û‡ÛÙËÌ·
ÌÂÙ¿‰ÔÛ˘ ΛÓËÛ˘ Ì ·˘ÙÔ·ÛÊ¿ÏÈÛË.
¡· ·ÔÌ·ÎÚ˘ÓıÔ‡Ó fiϘ ÔÈ ÎÏÂȉ·ÚȤ˜ / Û˘ÛÙ‹Ì·Ù·
ÎÏÂÈ̷ۛÙÔ˜ Ô˘ ˘¿Ú¯Ô˘Ó ÛÙË Áηڷ˙fiÔÚÙ·.
∏ Áηڷ˙fiÔÚÙ· ·ÓÔ›ÁÂÈ Ì¤Ûˆ Û˘ÛÙ‹Ì·ÙÔ˜ ·ÓÔ›ÁÌ·ÙÔ˜ ÛÂ
ÂÚ›ÙˆÛË ·Ó¿Á΢ Î·È ÌÂÙ¿ ÌÔÚ› Ó· ¯ÚËÛÈÌÔÔÈËı›
¯ÂÈÚÔΛÓËÙ·.
√ ÂÓۈ̷و̤ÓÔ˜ ʈÙÈÛÌfi˜ ·Ó¿‚ÂÈ Ì ·ÏÌfi
ÂÓÂÚÁÔÔ›ËÛ˘ ·˘ÙfiÌ·Ù· › 2,5 ÏÂÙ¿ ÂÚ›Ô˘.
7. ™ËÌ·ÓÙÈΤ˜ ˘Ô‰Â›ÍÂȘ
¶·Ú·Î·Ïԇ̠ӷ ÚÔÛ¤ÍÂÙ ÙȘ Ô‰ËÁ›Â˜ ÌÔÓÙ¿˙ Î·È ¯Ú‹Û˘.
¶ÚÔÛ¤ÍÙ ÙÔ ÎÂÊ¿Ï·ÈÔ 15 £∂™∏ ™∂ §∂π∆√Àƒ°π∞
∆Ô Û‡ÛÙËÌ· ÌÂÙ¿‰ÔÛ˘ ΛÓËÛ˘ Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜ ∆∞ 70
¯ÚËÛÈÌÔÔÈÂ›Ù·È ·ÔÎÏÂÈÛÙÈο Î·È ÌfiÓÔ Û ȉȈÙÈο Áηڿ˙.
ª›· ÔÔÈ·‰‹ÔÙ ¿ÏÏË ¯Ú‹ÛË ‰ÂÓ ·ÓÙ·ÔÎÚ›ÓÂÙ·È ÛÙȘ
‰È·Ù¿ÍÂȘ.
∏ ËÏÂÎÙÚÈ΋ ÂÁηٿÛÙ·ÛË Ó· Á›ÓÂÈ ÌfiÓÔ ·fi ÂȉÈÎÂ˘Ì¤ÓÔ
ËÏÂÎÙÚÔÏfiÁÔ.
¡· ‚Á¿˙ÂÙ ÙÔ ÊȘ ·fi ÙË Ú›˙·:fiÙ·Ó ‚Á¿˙ÂÙ ÙÔ Î¿Ï˘ÌÌ·,
fiÙ·Ó ÂÚÁ¿˙ÂÛÙ ÛÙÔ Û‡ÛÙËÌ· ÌÂÙ¿‰ÔÛ˘ ΛÓËÛ˘.
¡· ¯ÚËÛÈÌÔÔț٠ϷÌÙ‹Ú˜ ̤¯ÚÈ ÙÔ ·ÓÒÙÂÚÔ 25 Watt.
¡· ¯ÚËÛÈÌÔÔț٠ÙÔ Û‡ÛÙËÌ· ÌÂÙ¿‰ÔÛ˘ ΛÓËÛ˘ ÌfiÓÔ:
fiÙ·Ó ¤¯ÂÙ ·ÚfiÛÎÔÙË ÔÚ·ÙfiÙËÙ· ̤¯ÚÈ ÙËÓ
Áηڷ˙fiÔÚÙ·, fiÙ·Ó ÙÔ Â‰›Ô ·ÈÒÚËÛ˘ Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜
Â›Ó·È ÂχıÂÚÔ.
¡· ÂÈÛ¤Ú¯ÂÛÙÂ Î·È Ó· ÂͤگÂÛÙ ÌfiÓÔ fiÙ·Ó Ë Áηڷ˙fiÔÚ·
Â›Ó·È ÙÂÏ›ˆ˜ ·ÓÔÈÎÙ‹.
¡· Îڷٿ٠ÙËÓ ¿ÎÚË Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜ ÛÙÔ ¤‰·ÊÔ˜
¿ÓÙ· ηı·Ú‹ (¯ÈfiÓÈ, ¿ÁÔ˜, ¤ÙÚ Â˜ ÎÏ.).
∂¿Ó Û ÂÚ›ÙˆÛË ÎÚ‡Ô˘ Î·È ÂÍ·ÈÙ›·˜ ·‰Ú¿ÓÂÈ·˜ ÙÔ˘ ˘ÏÈÎÔ‡
Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜ ÂÓÂÚÁÔÔÈËı› Ë ·ÛÊ¿ÏÂÈ· ÏfiÁˆ
ÂÌÔ‰›Ô˘, Ú¤ÂÈ Ó· ·ӷÏÂÈÊı› Ë Ì¿ıËÛË ÙˆÓ ÙÂÏÈÎÒÓ
ı¤ÛÂˆÓ ∫§∂π™∆∏ Î·È ∞¡√π∫∆∏ (ÛÂÏ. 24 ‰¿ÊÈÔ 15.1).
∏ ÂÁηٿÛÙ·ÛË Ó· Á›ÓÂÙ·È ÌfiÓÔ Û ÛÙÂÁÓÔ‡˜ ¯ÒÚÔ˘˜ - Ó·
ÌËÓ ÈÙÛÈÏÈ¤Ù·È ÓÂÚfi.
™Â Áηڿ˙ ¯ˆÚ›˜ ‰Â‡ÙÂÚË Â›ÛÔ‰Ô, Ú¤ÂÈ ÔˆÛ‰‹ÔÙ ӷ
ÔÔıÂÙËı› Û‡ÛÙËÌ· ·ÓÔ›ÁÌ·ÙÔ˜ Û ÂÚ›ÙˆÛË ·Ó¿Á΢
(14.11).
™Â ÂÚ›ÙˆÛË ‚Ï¿‚˘ ‹ ÎÈÓ‰‡ÓÔ˘ ·ÓÔ›ÍÙ ÙËÓ Áηڷ˙fiÔÚÙ·
Ì ÙÔ ¯¤ÚÈ.
™ÙÔ ·˘ÙÔΛÓËÙÔ Ó· Îڷٿ٠ÙÔÓ ÔÌfi fiÛÔ ÈÔ ÎÔÓÙ¿ ÛÙÔ
ÌÚÔÛÙÈÓfi Ù˙¿ÌÈ Á›ÓÂÙ·È.
¶ÔÙ¤ ÌË ‚¿˙ÂÙ ÙÔ ¯¤ÚÈ ÌÂ Û˘Ó‰Â‰Â̤ÓË Û˘Û΢‹ ÛÙËÓ
Ú¿‚‰Ô ! ∫›Ó‰˘ÓÔ˜ ÙÚ·˘Ì·ÙÈÛÌÔ‡!
ŒÏÂÁ¯Ô˜ Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜ / Ù˘ ÂÁηٿÛÙ·Û˘: ∏
ηٷÛ΢‹ ÙÔ˘ Û˘ÛÙ‹Ì·ÙÔ˜ ÌÂÙ¿‰ÔÛ˘ ΛÓËÛ˘ ‰ÂÓ
ÚÔÔÚ›˙ÂÙ·È ÁÈ· fiÚÙ˜ Ô˘ ·ÓÔ›ÁÔÓÙ·È ‹ ÎÏ›ÓÔÓÙ·È ÌfiÓÔ
Ôχ ‰‡ÛÎÔÏ· Ì ÙÔ ¯¤ÚÈ. °È· ÙÔ ÏfiÁÔ ·˘Ùfi ··ÈÙ›ٷÈ
¤ÏÂÁ¯Ô˜ Ù˘ Áηڷ˙fiÔÚÙ·˜, ÒÛÙ ӷ ÛÈÁÔ˘Ú¢ı›ÙÂ, fiÙÈ
·ÓÔ›ÁÂÈ Î·È Ì ÙÔ ¯¤ÚÈ Â‡ÎÔÏ·. °È· ÙÔ ÛÎÔfi ·˘Ùfi
·Ó·ÛËÎÒÛÙ ÙË Áηڷ˙fiÔÚÙ· ÂÚ›Ô˘ 1 ̤ÙÚÔ Î·È ÌÂÙ¿
·Ê‹ÛÙ ÙËÓ. ∫·ÓÔÓÈο Ë Áηڷ˙fiÔÚÙ· ı· ¤Ú ӷ
·Ú·Ì›ÓÂÈ ÛÙË ı¤ÛË Ù˘ Î·È Ó· ÌË ÎÈÓËı› Ô‡Ù ÚÔ˜ Ù·
¿ӈ Ô‡Ù ÚÔ˜ Ù· οو. ∂¿Ó ·ÚãfiÏ· ·˘Ù¿ ÎÈÓËı› Ë
Áηڷ˙fiÔÚÙ· Û ̛· ·fi ÙȘ ‰‡Ô