8.15
Bedrading uitvoeren
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok!
Op de netaansluitklemmen L1, L2, L3 en N is
continuspanning voorhanden:
▶
Schakel de stroomtoevoer uit.
▶
Controleer op spanningvrijheid.
▶
Beveilig de stroomtoevoer tegen opnieuw
inschakelen.
Gevaar!
Risico op lichamelijk letsel en materiële
schade door ondeskundige installatie!
Netspanning aan verkeerde klemmen en
stekkerklemmen kan de elektronica kapot
maken.
▶
Let op een deskundige scheiding van
netspanning en veiligheidslaagspanning.
▶
Sluit op de klemmen BUS, S20, energie-
bedrijf, X41 geen netspanning aan.
▶
Sluit de netaansluitkabel uitsluitend op de
daarvoor gemarkeerde klemmen aan!
Aanwijzing
De aansluitingen op S20 en S21/energiebedrijf
mogen alleen aan de zijdelingse aansluitklemmen
van de schakelkast worden aangesloten.
Aanwijzing
Aan de aansluitingen S20 en energiebedrijf is een
veiligheidslaagspanning (SELV) aanwezig.
Aanwijzing
Als de functie blokkering energiebedrijf wordt ge-
bruikt, sluit dan aan de aansluiting energiebedrijf
een potentiaalvrij maakcontact aan met een scha-
kelvermogen van 24 V/0,1 A. U moet de functie
van de aansluiting in de systeemthermostaat con-
figureren. (Bijv. als het contact wordt gesloten,
dan wordt de elektrische extra verwarming ge-
blokkeerd.)
1.
Leid de voeler- resp. busleidingen in het product langs
de linker zijmantel.
2.
Leg aansluitleidingen met netspanning en voeler- of
busleidingen vanaf een lengte van 10 m apart. Mini-
mumafstand laagspannings- en netspanningskabel bij
kabellengte > 10 m: 25 cm. Is dit niet mogelijk, gebruik
dan een afgeschermde kabel. Leg de afscherming een-
zijdig op de metaalplaat van de schakelkast van het
product.
3.
Verkort de aansluitleidingen indien nodig.
0020274034_00 versoTHERM plus Installatie- en onderhoudshandleiding
Elektrische installatie 8
≤
30 mm
4.
Om kortsluitingen bij het per ongeluk loskomen van een
draad te vermijden, ontmantelt u de buitenste omhulling
van flexibele leidingen slechts maximaal 30 cm.
5.
Zorg ervoor dat de isolatie van de binnenste draden
tijdens het ontmantelen van de buitenste omhulling niet
beschadigd wordt.
6.
Isoleer de binnenste draden slechts zodanig dat goede,
stabiele verbindingen tot stand gebracht kunnen wor-
den.
7.
Om kortsluitingen door losse draden te vermijden, dient
u de geïsoleerde einden van de draden van draadeind-
hulzen te voorzien.
8.
Schroef de betreffende stekker aan de aansluitleiding.
9.
Controleer of alle draden mechanische vast in de stek-
kerklemmen van de stekker zitten. Corrigeer evt.
10. Steek de stekker in de bijbehorende stekkerplaats van
de printplaat.
8.16
Externe driewegklep aansluiten (optie)
▶
Sluit de externe driewegklep op X14 op de thermostaat-
printplaat aan.
–
Ter beschikking staat de aansluiting aan een perma-
nent stroomvoerende fase "L" met 230 V en aan een
geschakelde fase "S". De fase "S" wordt door een in-
tern relais aangestuurd en geeft 230 V vrij.
8.17
Schakelkast sluiten
B
1.
Plaats de afdekking erop.
2.
Bevestig de afdekking met de schroeven (1).
A
181