GYS 054783 Mode D'emploi page 40

OPSTARTEN
Montage
Het monteren van de spiraal inductor bestaat uit het kiezen van het geschikte gereedschap (één van de drie spiralen,
de gevlochten kabel of de rechte kabel) en het monteren ervan op de inductor. Breng hiertoe de twee pinnen van het
gekozen gereedschap in in de twee daarvoor bestemde openingen van de inductor, en draai vervolgens de draaikno-
ppen goed aan (fig.2). Voor het losdraaien van de draaiknoppen kunt u een sleutel n° 12 gebruiken. Waarschuwing :
deze sleutel mag nooit gebruikt worden om de draaiknoppen mee vast te draaien, omdat u zo de draaiknop zou kunnen
beschadigen.
Aansluiting
De spiraal inductor is geschikt voor gebruik met de GYSDUCTION AUTO. Bij het inschakelen of het aansluiten zal de
generator de spiraal inductor herkennen als accessoires n° 5 : «AC5».
Het opwarmen
Twee bedieningsmethodes kunnen worden gebruikt om het opwarmen te activeren :
- de knop op de inductor
- de met de GYSDUCTION AUTO meegeleverde pedaal.
ADVIEZEN VOOR EEN CORRECT GEBRUIK
De spiraal inductor is geschikt voor het deblokkeren van vastzittende onderdelen. De metalen onderdelen worden
opgewarmd, zodat deze makkelijk verwijderd kunnen worden. Omring het op te warmen onderdeel met het daarvoor
geschikte accessoire (één van de spiralen, de flexibele of de rechte kabel) en warm de inductor op, die op zijn beurt het
te verwijderen onderdeel op zal warmen. Wanneer het onderdeel rood begint te worden, moet u stoppen met opwarmen
en proberen het onderdeel met behulp van een sleutel, een tang of een ander stuk gereedschap te verwijderen.
ACCESSOIRES
Om onderdelen van verschillende afmetingen en vormen te kunnen deblokkeren worden er 3 verschillende types acces-
soires meegeleverd.
3 spiraalkabels (Ø 18, 24, 30 mm)
Dit is de standaard uitrusting, reeds voorgevormd om snel en efficiënt te kunnen werken. De spiraalvorm geeft een
optimale concentratie van magnetische velden in het centrum, waardoor een krachtige en efficiënte opwarming wordt
gegenereerd. Het glasvezeldoek dient als elektrische isolatie tussen de spiralen en het op te warmen onderdeel. De
spiraal moet als volgt worden gebruikt : het op te warmen onderdeel moet eerst in het centrum van de spiraal worden
geplaatst. Vervolgens drukt u op de knop om het opwarmen op te starten.
Efficiënt opwarmen :
Om een zo groot mogelijk opwarmend vermogen te creëren moet u de juiste spiraal voor het op te warmen onderdeel
kiezen.
Flexibele gevlochten kabel
De gevlochten kabel is een flexibele kabel, waarmee onderdelen kunnen worden opgewarmd waarop de spiralen niet
passen (in het bijzonder onderdelen met een te grote diameter).
Bijvoorbeeld een uitlaat of een wielnaaf.
De gevlochten kabel moet rondom het op te warmen onderdeel geplaatst worden.
Om een beter resultaat te verkrijgen kunt u de kabel drie keer om het onderdeel wikkelen, zodat het geheel dicht tegen
elkaar aan ligt. Druk op de knop van de inductor om het opwarmen op te starten.
40
SPIRAAL INDUCTOR NL