volgen van de veiligheidsinstructies in deze
gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
STRUIKEN- EN GRASSCHAREN
Dit tuingereedschap is er niet voor bestemd om
te worden gebruikt door personen (inclusief
kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke of
geestelijke vermogens of gebrekkige ervaring
en/of gebrekkige kennis, tenzij zij onder toezicht
staan van een voor hun veiligheid
verantwoordelijke persoon, of zij van deze
persoon instructies ontvangen ten aanzien van
het gebruik van het tuingereedschap.
Kinderen moeten onder toezicht staan, om zeker
te stellen dat zij niet met het tuingereedschap
spelen.
Laat kinderen of personen die deze
voorschriften niet hebben gelezen dit
tuingereedschap nooit gebruiken. In uw land
gelden eventueel voorschriften ten aanzien van
de leeftijd van de bediener. Bewaar het
tuingereedschap buiten het bereik van kinderen
wanneer het niet wordt gebruikt.
De bediener of gebruiker is verantwoordelijk
voor ongevallen, persoonlijk letsel of schade aan
het eigendom van anderen.
Gebruik het tuingereedschap nooit dicht in de
buurt van personen, in het bijzonder kinderen, of
huisdieren.
Houd de aansluitkabel uit de buurt van de
snijmessen.
Draag altijd een veiligheidsbril en stevige
schoenen als u met het tuingereedschap werkt.
Trim niet bij slechte weersomstandigheden,
met name niet bij opkomend onweer.
Gebruik het tuingereedschap alleen bij daglicht
of goed kunstlicht.
Controleer of afschermingen en
veiligheidsvoorzieningen niet beschadigd zijn en
juist zijn aangebracht. Voer voor het gebruik
eventueel noodzakelijke onderhouds- of
reparatiewerkzaam-heden uit.
Schakel het tuingereedschap pas in als uw
handen en voeten ver genoeg van de snijmessen
verwijderd zijn.
Onderbreek altijd de verbinding van het
tuingereedschap met de stroomvoorziening
(bijvoorbeeld stekker uit het stopcontact trekken
of inschakelblokkering bedienen):
–
altijd wanneer u zich van het
tuingereedschap verwijdert,
–
vóór het verwijderen van blokkeringen,
–
als u het tuingereedschap controleert, reinigt
of eraan werkt,
–
na het raken van een voorwerp. Controleer
het tuingereedschap onmiddellijk op
beschadigingen en laat het indien nodig
repareren,
–
als het tuingereedschap op een ongewone
manier begint te trillen (onmiddellijk controleren).
Bescherm uzelf tegen verwondingen van
voeten en handen door de snijmessen.
Bescherm het elektrische gereedschap tegen
hitte, bijvoorbeeld ook tegen voortdurend
zonlicht, vuur, water en vocht. Er bestaat
explosiegevaar.
Open het apparaat niet. Als kortsluiting van de
batterij plaatsvindt, kan deze exploderen.
Bij beschadiging en onjuist gebruik van de accu
kunnen er dampen vrijkomen. Zorg voor frisse
lucht en raadpleeg bij klachten een arts. De
dampen kunnen de luchtwegen irriteren.
19