30RA/30RH "B" Puron
Aansluitingen en watercircuits
Plaats volgens grootte
005 - 007 - 009
Elektrische aansluitingen
Verwijder de deksel van de elektrische aansluitkast.
Sluit de draden aan op de aansluitpunten volgens het elektrisch
schema en bevestig deze goed.
• Voltage en frequentie van de hoofdvoeding moeten overeenko-
men met de gegevens op de machine kenplaat.
• Het voltage moet liggen binnen de aangegeven limieten in de
tabel 'Bedrijfslimieten'.
• De fase-onbalans moet altijd lager zijn dan 2%.
• WAARSCHUWING:
Bedrijf van de unit buiten de in de tabel 'Bedrijfslimieten' opge-
geven waarden, of bij een fase-onbalans hoger dan 2%, wordt
beschouwd als oneigenlijk gebruik en vervalt de garantie.
Als de fase-onbalans hoger is 2%, neem dan contact op met uw
Energiebedrijf.
• Alle bekabeling moet voldoen aan de in deze handleiding gege-
ven richtlijnen en aan de ter plaatse geldende voorschriften, zoals
NEN 1010.
• Controleer of de aansluiting van de elektrische voeding pla-
atsvindt via een schakelaar met gescheiden polen, met een
contactafstand van tenminste 3 mm.
Plaats volgens grootte
011 - 013
Wanneer de capaciteit van de interne pomp te kleinis, kan ee
regeling een externe pomp aansturen met een opgenomen
stroom van max. 8 Ampère.
Het wordt aanbevolen de interne pomp te demonteren en te
vervangen door een stuk leiding.
WAARSCHUWING:
De minimum voordruk bij maximaal waterdebiet moet 13 kPa zijn
bij de max. toegestane waterintrede temperatuur (50°C).
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt geluid en schade aan de
lagers door een laag waterdebiet en onvoldoende smering.
Stromingsschakelaar
De stromingsschakelaar in de uittrede naar de pomp stopt de
compressor bij:
• pomp storing;
• te lage waterdoorstroming;
• lucht in het systeem.
• Zowel de hoofdstroomkabel als de verbindingskabels moeten
minimaal zijn van het type H07 RN-F, synthetische rubber isolatie
met Neopreen mantel, volgens EN 60335-1-40 en HD277.S1
codes.
BELANGRIJK:
• Leg eerst de aardleiding aan voordat met alle andere elektri-
sche aansluitingen wordt begonnen.
• De unit moet worden geaard met behulp van de klem die is
voorzien van het internationale aardteken.
• Bepaal, alvorens de voeding op de unit aan te sluiten, wat de
fase L en Nul (1-fase) of de fasen L1, L2, L3 en de Nul (3-fa-
sen) is en sluit deze dienovereenkomstig aan. Zie de Elektri-
sche schema's.
WAARSCHUWING:
De elektrische voeding voor 3-fasen units is drie fasen plus Nul.
Wanneer de Nul niet wordt aangesloten kan dit leiden tot schade
aan de 230 V componenten.
• Het elektrisch schema voor de elektrische voeding voor afstands-
regeling/beveiligingen bevindt zich in de unit, onder het toe-
gangspaneel.
• Zie Tabel III voor draaddiameters, zekeringen etc.
Stuurstroomcircuit
• De hoofdstroom (drie fasen plus Nul) moet worden aangesloten
op de betreffende klemmen (zie Elektrisch schema).
• De stuurstroom wordt direct afgetakt van 1 fase en Nul en wordt
beveiligd door zekering "F".
• Wanneer de kabels L1 (R), L2 (S), L3 (T) in een verkeerde vol-
gorde worden aangesloten, dan wordt de voeding binnen enkele
seconden door de regeling onderbroken. Er wordt een alarm-
status gemeld om verkeerde draairichting van de compressor te
voorkomen.
N.B.:
Breng, nadat de aansluitingen zijn gemaakt, de deksel van de elek-
trische aansluitkast weer op zijn plaats.
NEDERLANDS
NL - 9