EURO • BA 1 609 929 534 • GKS 54/54 CE • OSW 10/98 • NL • Seite 44
Voor ingebruikname
Instelling van de splijtwig controleren
Splijtwig 15 moet om veiligheidsredenen altijd ge-
bruikt worden. De splijtwig voorkomt het klemmen
van het zaagblad bij het schulpen.
De instelling vindt plaats bij maximale zaagdiepte.
Bout 14 losdraaien, splijtwig 15 instellen en bout
weer vastdraaien.
14
15
2,5 - 5 mm
Zaagdiepte instellen
Vleugelbout 13 losdraaien en de voetplaat 19 ver-
stellen:
Hoger
grotere zaagdiepte
Lager
kleinere zaagdiepte
De gewenste maat op de zaagdiepteschaalverde-
ling 10 instellen.
Vleugelbout 13 weer vastdraaien.
Voor een optimale zaagsnede mag het zaagblad
hoogstens 3 mm uit het materiaal steken.
Zaaghoek instellen
Vleugelbouten 6 en 12 losdraaien.
Machine zijwaarts draaien tot de gewenste zaag-
hoek op schaalverdeling 7 ingesteld is.
Vleugelbouten weer vastdraaien.
Let op: bij verstekzagen is de zaagdiepte kleiner
dan de waarde die op de zaagdiepteschaalverde-
ling 10 wordt aangegeven.
44
2,5 - 5 mm
Zaagmarkeringen
De zaagmarkering 0° toont de stand van het zaag-
blad bij haaks zagen.
De zaagmarkering 45° toont de stand van het zaag-
blad bij 45° verstekzagen.
Ingebruikname
Let op de netspanning: De spanning van de
stroombron moet overeenkomen met de gegevens
op het typeplaatje. Met 230 V aangeduide machines
kunnen ook worden gebruikt met een spanning van
220 V.
Inschakelen:
Inschakelblokkering 1 bedienen.
Aan/uit-schakelaar 2
indrukken
houden.
Let op: de aan/uit-schakelaar 2 kan niet worden ver-
grendeld.
Uitschakelen:
Aan/uit-schakelaar 2 loslaten.
Vooraf instelbaar toerental (GKS 54 CE)
Met toerentalregelaar 4 kan het toerental traploos
vooraf worden ingesteld. Het vereiste toerental is af-
hankelijk van het gebruikte zaagblad en van het te
bewerken materiaal (zie zaagbladentabel).
Constant-electronic (GKS 54 CE)
De constant-electronic houdt het toerental bij onbe-
last en belast draaien vrijwel konstant; zo wordt een
gelijkmatige voorwaartse zaagbeweging en een
glad zaagresultaat gewaarborgd.
Thermische overbelastingsbeveiliging
(GKS 54 CE)
Bij overbelasting van de machine tijdens het zagen
stopt de motor en begint pas weer te draaien wan-
neer de voorwaartse beweging minder wordt.
Wanneer de machine is warmgelopen, reageert de
thermische overbelastingsbeveiliging eerder.
Aanloopstroombegrenzing (GKS 54 CE)
Door het zacht aanlopen van de machine is een ze-
kering van 16 A voldoende.
45°
0°
en
ingedrukt