Door beschadigde stroomtoevoerkabels dreigt
levensgevaar! Defecte leidingen moeten onmiddel-
lijk door een gekwalificeerde elektricien worden
vervangen.
Pas op voor vocht!
Door het binnendringen van vocht in de kabel raakt
de kabel beschadigd en onbruikbaar. Dompel het
kabeluiteinde daarom nooit onder in de pompvloei-
stof of een andere vloeistof.
•
Het product moet worden beschermd tegen direct
zonlicht, hitte, stof en vorst. Hitte of vorst kan leiden
tot aanzienlijke schade aan propellers, waaiers en
coatings!
•
De waaiers en/of propellers moeten regelmatig wor-
den gedraaid. Daardoor wordt voorkomen dat de
lagers vast gaan zitten en wordt de smeerfilm van
de glijringafdichting vernieuwd. Bij producten met
drijfwerkuitvoering wordt door het draaien voorko-
men dat de tandwielrondsels vast gaan zitten en de
smeerfilm op de tandwielrondsels vernieuwd.
Waarschuwing voor scherpe randen!
Aan waaiers en propellers kunnen scherpe randen
ontstaan. Er bestaat gevaar voor letsel! Draag ter
bescherming geschikte handschoenen.
•
Na een langere opslagtijd moet het product vóór in-
bedrijfstelling worden ontdaan van verontreinigingen
zoals stof en olieafzettingen. Waaiers en propellers
moeten worden gecontroleerd op soepele loop en de
coating van het huis op beschadigingen.
•
Wordt de machine langer dan een jaar opgeslagen,
dan moet de motorolie en evt. de transmissieolie
worden vervangen. Dit geldt ook wanneer het ap-
paraat nog nooit in bedrijf is geweest (natuurlijke
veroudering van smeermiddelen op basis van
minerale olie).
Vóór inbedrijfstelling moeten de vulpeilen (olie,
evt. koelmiddel, etc.) van de verschillende pro-
ducten worden gecontroleerd en zo nodig bijge-
vuld.Gegevens over de vulling zijn te vinden in het
machinegegevensblad!Beschadigde coatings moeten
onmiddellijk worden hersteld. Alleen een intacte
coating beantwoordt aan het beoogde doel!
Wanneer u zich aan deze regels houdt, kan uw product ge-
durende een langere periode worden opgeslagen. Houd
er echter rekening mee dat de elastomere delen en de
coatings onderhevig zijn aan een natuurlijke verbrossing.
Wij adviseren deze bij een opslag van meer dan 6 maan-
den te controleren en indien nodig te vervangen. Overleg
hiervoor met de fabrikant.
4.4. Retourneren
Producten die worden teruggestuurd naar de fabriek
moeten schoon en correct verpakt zijn. Schoon wil zeg-
gen dat het product is vrijgemaakt van verontreinigin-
gen en bij toepassing in vloeistoffen met gezondheids-
risico is gedecontamineerd. De verpakking moet het
product beschermen tegen beschadigingen. Raadpleeg de
fabrikant voorafgaand aan het retourneren.
58 | nEDErlanDS
5. Opstelling en inbedrijfstelling
5.1. Algemeen
Om schade aan de pomp tijdens opstelling en bedrijf te
vermijden, moet met de volgende punten rekening wor-
den gehouden:
•
De opstelwerkzaamheden moeten worden uitge-
voerd door gekwalificeerd personeel dat zich aan de
veiligheidsvoorschriften houdt.
•
Vóór opstelling moet de pomp op eventuele schade
worden gecontroleerd.
•
Bij niveauregelingen moet op de minimale afdekking
door water worden gelet.
•
Het is van belang dat luchtbellen in het pomphuis en
in persleidingen worden vermeden (d.m.v. geschikte
ontluchtingsvoorzieningen of licht schuinzetten van
de pomp).
•
Bescherm de pomp tegen vorst.
•
De bedrijfsruimte moet berekend zijn op de betref-
fende machine. Daartoe behoort ook dat een hijs-
werktuig voor de montage/demontage kan worden
gemonteerd, waarmee de opstelplaats van de pomp
zonder risico's bereikbaar is.
•
De stroomkabels van de pomp moeten dusdanig zijn
aangelegd dat een veilig bedrijf en eenvoudige mon-
tage/demontage mogelijk is.
•
De stroomkabels moeten in de bedrijfsruimte vak-
kundig worden bevestigd om te voorkomen dat ka-
bels los naar beneden hangen. Naargelang kabelleng-
te en -gewicht moet er om de 2-3 m een kabelhouder
worden aangebracht.
5.2. Installatie
Gevaar door vallen!
Bij de inbouw van de pomp met toebehoren wordt
direct aan de bekkenrand gewerkt! Door onacht-
zaamheid of verkeerd schoeisel bestaat valgevaar.
Er bestaat levensgevaar!
Tref alle veiligheidsmaatregelen om dit te voorkomen.
De persleiding of de slang op de persaansluiting van de
pomp bevestigen en de persleiding aanleggen. Om te
voorkomen dat er water terugloopt als de pomp uitge-
schakeld is, kan er nog een terugslagklep in de persleiding
worden gemonteerd. De persleiding moet spanningsvrij
worden gemonteerd.
Bij toepassing van een slang moet erop worden gelet dat
deze knikvrij wordt aangelegd. Bij toepassing van toe-
behoren, zoals bijv. een snelkoppeling o.i.d., moet erop
worden gelet dat deze met teflonband worden afgedicht,
omdat een ondichtheid de pompcapaciteit van de pomp
vermindert.
De pomp met kabel of ketting aan de handgreep bevesti-
gen en daaraan in de vloeistof laten zakken. Bij modderige
ondergrond stenen o.i.d. onder de pomp leggen om ver-
zakking te voorkomen.
Bodemopstelling
De persleiding door middel van een vaste Storz-koppeling
aan de centrale drukaansluiting monteren. De persleiding
dient knikvrij gelegd te worden. De binnendiameter van
de leiding dient overeen te komen met de drukaansluiting