2. Montage en Gebruik
2.1.5 Montage warmtemeter (alleen OC-C en MC-C)
In de leveringsomvang is een buisnippel van 1" x 130 mm inbegrepen in de retourlijn van het OC-C resp. MC-C
Deze wordt verwijderd voor de montage van een meter. Let op: De montage van de meter moet plaatsvinden nadat
het systeem is gespoeld. Een 1"-meter met een inbouwmaat van 130 mm wordt dan in plaats van de buisnippel
gemonteerd. Voor een 3/4"-meter met een inbouwmaat van 110 mm worden twee vlakdichtende verloopstukken van
1" BU x 3/4" BI meegeleverd. Deze verloopstukken worden op de meter gemonteerd. Inclusief verloopstukken en
¾"-afdichtingen heeft de meter een inbouwlengte van 90 + 2 * 9 = 108 mm. Door het telescoopstuk
trekken, kan de meter tussen de 1"-wartels worden gemonteerd. Voor een direct dompelende sensor in de toevoer
wordt een T-stuk meegeleverd van 1" BU x ½" BI x 1" BI incl. verlengstuk
warmtemeter zonder afneembaar bedieningselement) de benodigde ruimte uit de isolatieschalen.
2.2 Hydraulische aansluiting
De toevoer- en retourleidingen moeten conform de volgende afbeeldingen resp. toepassingsvoorbeelden worden aangesloten. De zijde met 1
½"-buitendraad is voorbereid voor een rechtstreekse montage op verdelers. Worden geen verdelers gebruikt, dan past u de overgangskoppe-
lingen toe voor het maken van de aansluiting op de warmtebron. Aan de zijde met het binnendraad wordt het verwarmingscircuit aangesloten
OC, OC-C
Opmerkingen
OC, OC-C:
Toevoer- en retourcircuit zijn uitwisselbaar
MC:
ook als uitvoering met toevoer links
MC-C:
Toevoer- en retourcircuit zijn uitwisselbaar (met verplaatsing van de mengklep + inbouwdelen van rechts naar links)
Regelset constante
temperatuur:
De leiding tussen de kogelkranen is geen hydraulische verbinding, maar is bedoeld voor de opname van een voeler.
Scheidingssysteem: Aan onderzijde met schroefkoppeling en dubbele aansluitingen voor een rechtstreekse verbinding met een extra
pompgroep met 1"-binnendraad en een afstand van 125 mm. Monteer de MAG-aansluitset (in leveringsomvang van
de pompgroep) en de afvoerleiding van de veiligheidsklep aan de veiligheidsgroep.
38
. Snij, indien nodig (zoals bij een
MC, MC-C
constante temperatuur
.
uit te
Scheidingssystemen