Montage
Branderkop,
Branderbehuizing
Ø a
Ø b
172/195
220 - 260
5
4
6
22
Montage Branderkop
· Bereid de branderplaat/keteldeur
voor volgens de tekening hiernaast.
· De binnendiameter Ø van 172 tot
195 mm vastleggen.
· Voor bevestiging van de
branderkopflens zijn 4 gaten M10
(op een cirkel met diameter 220-260
mm) volgens de tekening hiernaast,
nodig.
· Schroef de steunbouten M10 in de
branderplaat/keteldeur en leg de
isolatieonderlegger op zijn plaats.
Als de diameter van de cirkel
c
waarop de gaten liggen groter is dan
260 mm, dan moeten de geponste
M10
Montage Branderhuizing
Als de branderbehuizing onder de as
van de branderkop hangt, dan dient
men als volgt te werk te gaan.
· de twee onderste moeren op de
branderbehuizing uitschroeven, de
twee bovenste moeren zo ver
mogelijk uitdraaien.
· de branderbehuizing scheef naar
voren zetten zodat de twee
bovenste bouten in beide groeven
van de flens van de branderkop
inhaken.
· de branderbehuizing tegen de flens
van de branderkop drukken en de
vier moeren vast aanschroeven.
Controle van de menginrichting
Vóór het inbouwen van de
menginrichting moeten volgende
controles worden uitgevoerd.
· De sproeiergrootte controleren;
indien nodig vervangen volgens de
tabel op pagina 24.
· De instelling van de
ontstekingselektrodenblok en van
het diafragma volgens de illustratie
controleren en bijstellen.
· De afstand sproeiers/diafragma
controleren volgens de illustratie en
bijstellen.
Inbouwdiepte van de branderbuis
en inmetselen
Bij warmtegeneratoren zonder
gekoelde voorwand is inmetselen 5
noodzakelijk, voor zover tenminste de
constructeur van de ketel geen andere
instructies geeft. De manier van
inmetselen is in nevenstaande illustratie
te zien. Het inmetselen mag de voorkant
van de vlambuis niet overlappen en
moet met minimaal 60° conisch toelopen.
De spleet tussen de inmetseling en de
branderbuis moet met een elastisch,
onbrandbaar isolatiemateriaal 6 worden
opgevuld. Bij ketels met omkeer
vuurhaard moet een minimale
invoerdiepte A van de branderbuis
volgens opgave van de ketelconstructeur
in acht worden genomen.
05/2005 - Art. Nr. 13 018 101A
langwerpige gaten verder
uitgesneden worden tot op de
vereiste maat.
· De menginrichting uit de branderkop
nemen.
· Bevestig de branderkop met 4
zeskantmoeren M10 voor een
rechtse of linkse aansluiting van de
gasarmatuur aan de branderplaat.
· De ruimte tussen de vlampijp en de
deurisolatie moet met vuurvast
materiaal bedekt worden.
· indien nodig kan de behuizing boven
de as van de branderkop
gemonteerd worden. In dat geval
moet bij de montage omgekeerd te
werk worden gegaan.
Andere standen van de
branderbehuizing zijn niet mogelijk
Inbouw van de menginrichting
· De menginrichting in de vlampijp
schuiven en met drie
inbusschroeven vastschroeven.
· De gebogen Cu-buizen tussen de
oliepomp en de sproeierlijn
monteren.
· De fotocelkabel en de
ontstekingskabel aankoppelen.