Inbouw Van Het Ventilatiesysteem - Dometic 8 Série Instructions De Montage

4.5 Inbouw van het ventilatie
systeem
Ventilatiesysteem LS 100
Het bovenste ventilatiesysteem LS100 bestaat
uit een montageframe (RS1640) (1), een venti-
latierooster met afvoereenheid (AS 1620) (2,3)
en een winterafdekking (WA120) (4).
LS 100
4
Ventilatiesysteem LS 200
Het onderste ventilatiesysteem LS200 bestaat
ook uit een montageframe (RS 1650) (1), een
ventilatierooster (AS 1630, zonder afvoereen-
heid) (2) en een winterafdekking (WA130)(4).
LS 200
4
Ventilatiesysteem LS 300
LS 300, compleet
1
2
3
Afb. 24
1
2
Afb. 25
Afb. 26
19
Het bovenste ventilatierooster moet zo
hoog mogelijk boven de condensor worden
aangebracht (A, Afb.
ventilatierooster moet gelijk zijn met de
vloer van de nis (Afb.
brand gas (dat zwaarder is dan lucht) direct
naar de buitenlucht kan wegstromen.
De gasbrander moet zich boven de rand (1,
Afb. 27) bevinden.
1
Als dit niet mogelijk is, moet door de fabri-
kant van het voertuig een ventilatieopening
in de bodem van de nis aangebracht wor-
den, zodat er geen onverbrand gas ter
hoogte van de vloer hangen blijft.
ventilatieopening
d = 20 - 40 mm
Modellen RM 8xxx, RMS 8xxx
De ventilatieroosters moeten een vrij
oppervlak van ten minste 250 cm² hebben.
Het Dometic Absorber ventilatiesysteem
LS100 / LS 200 speciaal voor dit doel gekeurd
en toegelaten, voldoet aan deze voorwaarde.
Modellen RML 8xxx
De ventilatieroosters moeten een vrij
oppervlak van ten minste 400 cm² hebben.
Het Dometic Absorber ventilatiesysteem
LS300 speciaal voor dit doel gekeurd en toe-
gelaten, voldoet aan deze voorwaarde.
Installatie
31) . Het onderste
29-32), zodat onver-
Afb. 27
Afb. 28