Kopieerfunctie
• Bereid de opname voor door de onder „Opname" beschreven stappen uit te voeren.
• Plaats de te kopiëren cassette in deck A.
• Kies de kopieersnelheid:
Druk op de toets DUBBING (10) om de cassette met normale bandsnelheid te kopiëren.
Druk op de toets HI.SP.DUB. (9) om de cassette met dubbele bandsnelheid te kopiëren.
Stel naar mogelijk de normale kopieersnelheid in aangezien dit tot een betere audiokwaliteit leidt.
Wijzig de kopieersnelheid tijdens de opname niet.
• Naargelang de ingestelde kopieersnelheid licht op het scherm (4) boven de toets DUBBING (10) of
HI.SP.DUB. (9) de overeenkomstige controle-LED op.
• Druk op de toets 3 PAUSE op deck B.
• Druk tegelijk op de toetsen
• Druk op de toets 6 PLAY van deck A en tegelijk op de toets 3 PAUSE op deck B. Het kopiëren begint.
• Tijdens het kopiëren licht rechtsboven op het scherm (4) een rode controle-LED op.
• Druk op de toets 5 /
• Druk nogmaals op de toets 5 /
wijderen.
Het kopiëren wordt automatisch gestopt wanneer het einde van de band is bereikt.
REC en 6 PLAY van deck B.
STOP/EJ op beide decks om de opname te beëindigen.
STOP/EJ op beide decks om de geplaatste cassettes opnieuw te ver-
65