Gegevens Betreffende Het Product; Belangrijke Adviezen Voor Het Gebruik; Beschrijving Van De Solarsystemen; Beschrijving Van De Solarfuncties - Buderus SM200 Notice D'installation

2

Gegevens betreffende het product

H Schade door vorst
Wanneer de installatie niet in bedrijf is, kan deze
bevriezen:
▶ Respecteer de instructies voor vorstbeveiliging.
▶ Laat de installatie altijd ingeschakeld, vanwege ex-
tra functies zoals bijvoorbeeld warmwaterbereiding
of blokkeerbescherming.
▶ Laat optredende storingen direct oplossen.
2 Gegevens betreffende het product
• De module is bedoeld voor de sturing van de actoren (bijvoorbeeld
pompen) van een solarinstallatie, circulatie- of laadsysteem.
• De module is bedoeld voor de registratie van de voor de functie beno-
digde temperaturen.
• De module is geschikt voor energiezuinige pompen.
• Configuratie van de solarinstallatie met een bedieningseenheid met
BUS-interface EMS plus (niet met alle bedieningseenheden mogelijk).
Functies en menupunten, die we in combinatie met de bedieningseen-
heid HMC300/HMC310 van een warmtepomp niet aanraden, zijn in
deze handleiding van een bijbehorend symbool (
De combinatiemogelijkheden van de module zijn te vinden in de aansluit-
schema's.
2.1

Belangrijke adviezen voor het gebruik

WAARSCHUWING:
Gevaar voor verbranding!
▶ Wanneer warmwatertemperaturen boven 60 °C zijn ingesteld of de
thermische desinfectie is ingeschakeld, moet een thermostatische
warmwatermengkraan worden geïnstalleerd.
De module communiceert via een EMS plus-interface met andere
EMS plus-compatibele BUS-deelnemers.
• De module mag uitsluitend op bedieningseenheden met
BUS-interface EMS plus plus (Energie-Management-Systeem)
worden aangesloten.
• De module is niet toegestaan voor de combinatie met warmteprodu-
centen uit de productseries GB112, GB132, GB135, GB142,
GB152.
• Binnen het BUS-systeem mogen uitsluitend producten van Buderus
worden gebruikt.
• De functionaliteit is afhankelijk van de geïnstalleerde bedieningseen-
heid. Meer informatie over de bedieningseenheden vindt u in in de
catalogus, de planningsdocumenten en de website van de fabrikant.
• De installatieruimte moet voor de beschermingsklasse conform de
technische gegevens van de module geschikt zijn.
24
2.2
Door de uitbreiding van een solarsysteem met extra functies kan een
groot aantal solarinstallaties worden gerealiseerd. Voorbeelden voor
mogelijke solarinstallaties vindt u bij de aansluitschema's.
Zonnesysteem (1)
Basissolarsysteem voor solarwarmwaterbereiding
• Wanneer de collectortemperatuur met het inschakeltemperatuurver-
schil hoger is dan de temperatuur aan de boiler onder, wordt de solar-
pomp ingeschakeld.
• Regeling van het debiet (Match-Flow) in het solarciruit via een solar-
pomp met PWM- of 0-10 V-interface (instelbaar).
• Bewaking van de temperatuur in het collectorveld en in de boiler.
2.3
Door het toevoegen van functies aan het solarsysteem wordt de gewens-
te solarinstallatie samengesteld. Niet alle functies kunnen onderling wor-
den gecombineerd.
2.3.1
) voorzien.
Verwarmingsondersteuning door solarsysteem met buffer- of combiboi-
ler (
• Wanneer de boilertemperatuur met het inschakeltemperatuurver-
schil hoger is dan de retourtemperatuur van de verwarming, wordt de
boiler via het 3-wegventiel in de retour opgenomen.
2.3.2
Boiler met voorrangs-/secundaire regeling via 3-wegventiel
• Voorrangsboiler instelbaar (1e boiler – boven, 2e boiler – onder).
• Alleen wanneer de voorrangboiler niet verder kan worden opge-
warmd, wordt via het 3-wegventiel de boilerlading naar de secundai-
re boiler omgeschakeld.
• Terwijl de secundaire boiler wordt opgewarmd, wordt de solarpomp
met instelbare testintervallen gedurende de testperiode uitgescha-
keld, om te controleren, of de voorrangboiler kan worden opge-
warmd (omschakelcontrole).

Beschrijving van de solarsystemen

0 010 013 340-001

Beschrijving van de solarfuncties

cv-ondersteuning (A)

0 010 013 341-001
)

2de boiler met ventiel (B)

0 010 013 342-001
SM200 – 6721819165 (2020/02)