Montage
Verwijder het gasmondstuk
rechtsom te draaien (zie afb. H).
Schroef het lasmondstuk
(zie afb. H).
Leid het slangpakket
van het lasapparaat weg (leg het op de
grond).
17
Neem het uiteinde van de draad uit de
spoelrand (zie afb. I).
Maak het uiteinde van de draad korter
met een draadschaar of een zijkniptang,
om het beschadigde gebogen uiteinde
van de draad te verwijderen (zie afb. I).
Let op: de draad moet heel de tijd
gespannen worden gehouden, om te
vermijden dat hij loskomt en afrolt! Het is
aan te raden om de werkzaamheden al-
tijd met een andere persoon uit te voeren.
86
NL/BE
door
7
eruit
17
zo recht mogelijk
13
Schuif de vuldraad door de draaddoor-
voer
26
(zie afb. J).
Leid de draad langs de aanvoerrol
schuif hem daarna in de slangpakketop-
name
(zie afb. K).
31
Zwenk de drukroleenheid
aanvoerrol
(zie afb. L).
29
Hang de stelschroef
Stel de tegendruk in met de stelschroef.
De lasdraad moet vast tussen drukrol en
aanvoerrol
in de bovenste geleiding
29
zitten zonder te worden verpletterd
(zie afb. L).
en
29
richting
28
erin (zie afb. L).
27