INSTALLATIE
Controleer na a oop of het apparaat elektrisch veilig en gasdicht is.
Aansluiten op het Gas
Afb.7-10
Dit dient aan de relevante normen te voldoen.
230
De buigzame slang (niet bijgeleverd) MOET aan de
90
A
relevante normen voldoen. Slangen zijn bij de meeste
bouwmaterialenzaken verkrijgbaar.
195
De eindaansluiting van de huishoudelijke gasvoeding dient
310
naar beneden te zijn gericht.
De aansluiting van het apparaat bevindt zich aan de
achterkant van het fornuis, vlak onder het kookplaatniveau.
Neem in geval van twijfel contact op met de leverancier.
De afschermkasten aan de achterkant beperken de positie
van het toevoerpunt.
Daar het fornuis in de hoogte verstelbaar is en elke
aansluiting anders is, kunnen we geen nauwkeurige
afmetingen geven.
Hoewel een slang van 900 mm zal volstaan, biedt een slang
van 1250 mm iets meer speling voor het plaatsen van de
Alle afmetingen in mm
All dimensions in millimetres
eindaansluiting en het verplaatsen van het fornuis.
De slang dient dusdanig te worden aangesloten, dat de
in- en uitlaataansluitingen verticaal zijn, zodat de slang naar
beneden hangt.
De eindaansluiting dient idealiter in het gearceerde gedeelte
'A' (Afb.7-10).
Schroef het slanguiteinde met schroefdraad in de gasinlaat.
Controleer na het aansluiten van het gas aan de hand van een
drukproef of het fornuis gasdicht is.
Beproeven op Druk
U kunt de gaswaarde bij de gasbek van een van de middelste
kookplaatbranders meten (niet de wokbrander).
U kunt de gasdruk meten bij de injector van een van de linker
kookplaatbranders.
Verwijder een branderkop. Sluit de drukmeter aan op de
gasbek. Draai de gasleiding open en steek een van de
kookplaatbranders aan.
Druk de bedieningsknop van de brander met de drukmeter in
zodat er gas doorgelaten wordt.
Zie de gegevenssticker voor testdruk.
Zet de branders uit. Zet de brander op de juiste wijze weer in
elkaar.
25