worden. Voer de desbetreffende handeling uit in
functie van de eerstkomende vervaldatum.
• Het gebruik van niet originele of niet correct
gemonteerde wisselstukken en toebehoren kan
negatieve gevolgen hebben op de werking en de
veiligheid van de machine. De fabrikant wijst alle
aansprakelijkheid af in geval van schade, letsels
of ongevallen veroorzaakt door die producten.
• De originele wisselstukken worden geleverd door de
geautoriseerde dienstencentra en wederverkopers.
BELANGRIJK Alle werkzaamheden voor
onderhoud en afstelling die niet in deze handleiding
beschreven zijn, moeten uitgevoerd worden door uw
Wederverkoper of door een gespecialiseerd Centrum.
7.2
ACCU
7.2.1
Autonomie van de accu
De autonomie van de accu (en dus de oppervlakte
van de gazon die bewerkt kan worden alvorens de
accu weer op te laden) hangt hoofdzakelijk af van:
a.
Omgevingsfactoren, die leiden tot
een grotere energiebehoefte:
– Maaien bij dik, hoog, vochtig gras.
b.
Maaibreedte van de machine ; hoe groter de
maaibreedte, hoe groter de energiebehoefte.
c.
Gedrag van de bediener, die de
volgende punten moet vermijden:
– De machine vaak aan- en uit te
schakelen tijdens het werken.
– Een te lage maaihoogte ten opzichte
van de condities van het gras.
– Een te hoge voortbewegingssnelheid vergeleken met
de hoeveelheid gras die gemaaid moet worden.
OPMERKING Tijdens het werk, is de accu
tegen volledige ontlading beschermd door
een beschermingssysteem dat de machine
uitschakelt en de werking ervan blokkeert.
Om de autonomie van de accu te
optimaliseren, raadt men aan:
– Het gras te maaien wanneer de gazon droog is.
– Het gras vaak te maaien om te
vermijden dat het tè hoog groeit.
– Een hogere maaihoogte in te stellen wanneer
het gras hoger staat en een tweede maaibeurt
uit te voeren op een lagere hoogte.
– De machine niet te gebruiken in de functie
"mulching" bij heel hoog gras.
– De functie "Eco" gebruiken (par. 5.2.4).
Indien men de machine met langere werkbeurten
wenst te gebruiken dan wat mogelijk is
met de standaard-accu, kan men:
– Een tweede standaard-accu kopen om de
platte accu onmiddellijk te vervangen, zonder
de continuïteit in het gedrang te brengen.
– Een accu kopen met grotere autonomie
dan de standaard-accu (par. 15.1).
7.2.2
Verwijdering en opladen van de accu
1.
Open het toegangsluik naar het accucompar-
timent en verwijder de veiligheidssleutel.
2.
Druk op de knop op de accu (Afb.16.A)
en verwijder ze (Afb.16.B).
3.
Plaats de accu (afb.17.B) in de zit-
ting van de acculader (afb.17.C).
4.
Verbind de acculader aan een stopcon-
tact, met een spanning die overeenstemt
met wat aangegeven is op het plaatje.
Laad de accu volledig op en volg hierbij de
5.
aanwijzingen die in het instructieboekje van
de accu /acculader aangegeven zijn.
OPMERKING De accu is voorzien van een
bescherming die de herlading ervan verhindert indien
de omgevingstemperatuur niet tussen 0 en +45°C is.
OPMERKING De accu kan op eender
welk moment, ook gedeeltelijk, opgeladen
worden, zonder risico op beschadiging.
7.2.3
Hermontage van de accu op de machine
Na volledig opladen:
1.
Verwijder de accu uit zijn zitting in de accula-
der (vermijd de accu te lang in de oplader te
laten, na vervollediging van de lading).
2.
Ontkoppel de acculader van het elektrisch netwerk.
3.
Open het luikje voor toegang tot de accuhol-
te (afb.18.A), plaats de accu (afb.18.B) in zijn
zitting door deze er stevig in te duwen tot u
de "klik" hoort die de accu in zijn positie blok-
keert en het elektrisch contact verzekert.
Hersluit het luikje volledig.
7.3
REINIGING
Reinig de machine na ieder gebruik
volgens de volgende aanwijzingen.
7.3.1
Reiniging van de machine
• Verzeker u er steeds van dat de
luchtgaten vrij zijn van afval.
• Gebruik geen waterstralen en vermijd de motor en
de elektrische onderdelen nat te maken (afb.19).
• Gebruik geen agressieve vloeistoffen
om het chassis te reinigen.
• Houd de machine, en in het bijzonder de motor
vrij van resten gras, bladeren of teveel vet, om het
risico op brand tot een minimum te herleiden.
Houd de hendels, de display en de
knoppen altijd vrij van resten.
7.3.2
Reiniging van de snijgroep
Verwijder de resten van gras en modder die
binnen het chassis opgestapeld worden om te
vermijden dat deze resten, wanneer ze opdrogen,
een volgend opstarten moeilijk maken.
NL - 9