3.
Sluit de invoer af met Volgende.
Cameraopname
1.
Selecteer bij „Camera" een camera waarmee u de
opname wilt starten.
2.
Activeer het keuzevakje „Opname Gestart".
3.
Selecteer het opnametype. U kunt kiezen uit
„Opname plannen" en „Motion Detectie".
4.
Druk op Kopieer om de instelling voor andere
camera's over te nemen. Selecteer hiervoor de
camera's die in het nieuwe venster verschijnen.
Activeer het betreffende keuzevakje met een
muisklik.
5.
Sluit de instelling en de instellingshulp af met OK.
143
Hulpprogramma instellingen