elektrische veiligheid in overeenstemming met de normen
IEC 61010-1 en 61010-2-101.
De Meter moet worden afgevoerd volgens de voorschriften
in de richtlijn AEEA (Afgedankte Elektrische en Elektronische
Apparatuur 2012/19/EU).
1.3 ORALE STOLLINGSREMMENDE THERAPIE
De orale antistollingstherapie wordt gegeven aan patiënten
om trombo-embolische gebeurtenissen zoals veneuze
trombose, longembolie of gerelateerd aan atriale fibrillatie of
kunsthartkleppen te voorkomen.
De behandeling maakt monitoring en regelmatige aanpassing
van de doses per patiënt op basis van een bloedtest
noodzakelijk.
Afhankelijk van de reden van de orale antistollingstherapie
wordt er per patiënt een therapeutisch bereik bepaald. Dit
betekent dat de testwaarde binnen dit bereik moet liggen.
Protrombinetijd en INR
De activiteit van orale antistollingstherapie wordt bewaakt
door de protrombinetijd (PT) te meten in seconden. Dit is de
tijd die nodig is om een bloedprop te vormen. Om de
protrombinetijd (PT) te berekenen wordt tromboplastine
gebruikt als reagens. Afhankelijk van de aard van dit reagens
en de gebruikte apparatuur kunnen variaties van de PT-
resultaten worden verwacht.
Daarom adviseerde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)
in 1977 een gestandaardiseerde methode. De
protrombinetijdwaarden worden omgezet in INR-waarden
(International Normalized Ratio) met behulp van de volgende
formule:
INR =
Hierbij is PT de protrombinetijd die tijdens de test is verkregen,
MNPT de gemiddelde normale protrombinetijd en ISI de
internationale gevoeligheidsindex die overeenkomt met het
tromboplastine. De waarden van de MNPT- en ISI-parameters
zijn afkomstig uit klinische kalibratiestudies.
De farmacologische activiteit van vitamine
K-antagonisten als orale antistollingsmiddelen kan
door andere geneesmiddelen worden gewijzigd;
daarom mag u alleen geneesmiddelen gebruiken die
door uw arts zijn voorgeschreven.
Bepaalde leverziekten, schildklierafwijkingen
en andere ziekten of aandoeningen, evenals
voedingssupplementen, geneeskrachtige kruiden of
veranderde voedingsgewoonten kunnen de activiteit
van orale antistollingsmiddelen en de INR-waarden
beïnvloeden.
76
( )
ISI
PT
MNPT