Ga als volgt te werk om de programmeermodus op te roepen en een instelling te veranderen:
• De zender moet ingeschakeld zijn resp. ingeschakeld blijven (zender niet uitzetten!). Bovendien moet de gas/rem-
hendel van de zender zich in de neutrale stand bevinden.
• Zet de rijregelaar uit.
• Plaats het voertuig op een geschikte ondergrond, zodat de wielen vrij kunnen draaien. Neem de aandrijving van het
voertuig niet vast; houd het voertuig niet aan de wielen vast.
• Sluit een volledig opgeladen 6-cellige LiPo-accu (nominale spanning 22,2 V) op de rijregelaar aan.
• Om de programmeermodus te activeren, houdt u de kleine toetsen op de rijregelaar ingedrukt en schakelt u daarna
de rijregelaar in.
Laat de toets niet los, maar houd deze verder ingedrukt!
• De rode LED op de rijregelaar knippert nu en de motor laat pieptonen horen. Houd de Setup-toets ingedrukt; niet
loslaten!
Het piepen wordt, zoals al meermaals gezegd, door het kort aanjagen van de Brushless motor veroor-
zaakt. Afhankelijk van de motor is het piepen weliswaar heel zacht of niet hoorbaar voor u. Let dan op de
melding van de LED's op de rijregelaar.
• De rode LED stopt met knipperen en nu begint de groene LED te knipperen (houd de Setup-toets nog steeds
ingedrukt; niet loslaten!).
De groene LED en overeenkomstige pieptonen van de motor tonen aan, welke functie precies voor de instelling ter
beschikking staat (zie tabel op de voorgaande pagina, kolom "Functie").
Laat de setup-toets precies dan los als de gewenste functie bereikt is (vb. wanneer de groene LED 2x kort knippert,
functie #2 = motorrem).
• De rode LED knippert alleen afhankelijk van welke instelwaarde op dat moment geactiveerd is. Bovendien laat de
motor overeenkomstige pieptonen horen.
Voorbeeld: Wanneer u de setup-toets precies dan heeft losgelaten wanneer de groene LED 2x kort knippert (func-
tie #2 = motorrem) dan knippert de rode LED, vb. 1x kort en de motor laat een korte pieptoon horen. Dit herhaalt zich
na een korte pauze. Zoals in de tabel te zien is, staat "1x knipperen van de rode LED's" voor de waarde "0%".
• Om de instelling te wijzigen, drukt u nu zo vaak kort op de setup-toets op de rijregelaar tot de gewenste instelling
gekozen is (vb. "3x kort knipperen" = "10%").
Wanneer de eindstelling bereikt is (vb. bij de functie #2 = motorrem knippert de rode LED 1x lang en 3x
kort) dan wordt door nogmaals op de setup-toets te drukken opnieuw naar het begin van de instelling
overgegaan (de rode LED knippert 1x kort).
• Wanneer u de instelling van een functie heeft afgesloten, dan schakelt u de rijregelaar uit. Alle wijzigingen worden
daarbij overgenomen.
• Om een andere functie op te roepen en in te stellen, gaat u verder zoals hierboven beschreven.
112