5:
toetsenbord
6:
lang drukken om het toetsenbord te blokkeren
7:
aansluiting voedingsadapter (onderzijde telefoon)
8:
aansluiting oortelefoon (onderzijde telefoon)
9:
oogje voor draagriem (onderzijde telefoon)
10: lang drukken om te wisselen tussen oproepsignale-
ring 'Standaard' en 'Conferentie' (zie ook paragraaf
9.7)
11: telefoon-uit toets, om gesprekken te beëindigen
tevens stoptoets bij het instellen en programmeren
12: draaiwieltje voor het selecteren van geheugens en
instelmogelijkheden
13: kort indrukken om de radio in te schakelen
lang indrukken om de geluidsversterker in te schake-
len
14: ingebouwde luidspreker
15: zaklamp
16: noodtoets, 2 seconden ingedrukt houden om het
geprogrammeerde noodnummer te kiezen
(zie paragraaf 5.2 met betrekking tot het programme-
ren van dit nummer)
17: ingebouwde luidspreker voor het belsignaal
18: batterijdeksel
3