SRA950A, 950FA
Item
Draai het stuur naar links en rechts on-
Stuur
der het rijden om op speling te contro-
leren en controleer of het goed werkt.
Controleer de bandenspanning en het
profiel.
Controleer de banden en velgen op
barsten, schade en ongelijkmatige
slijtage.
Controleer het loopvlak van de band op
Banden/
de aanwezigheid van stukjes metaal,
wielen
steentjes of ander vreemd materiaal.
Controleer of de wielbouten en -moe-
ren zijn gemonteerd of loszitten.
Controleer de wiellagers op speling,
abnormaal geluid en abnormale
warmte.
Controleer of de remmen goed wer-
ken.
Rem
Controleer of de speling van het rem-
pedaal (kabelafstelling) correct is.
Stangen,
Controleer de stangen, verbindingen
verbindin-
en kabels op schade en controleer of
gen, ka-
de bevestigingspunten goed vastzit-
bels
ten.
Controleer de carrosserie en de kap-
Carrosse-
pen op barsten of vervorming.
rie, kappen
Controleer of de bouten en moeren
zijn aangebracht en niet loszitten.
Start de motor en bedien de licht-
schakelaar om te controleren of het
licht goed wordt in-/uitgeschakeld.
Koplamp
Controleer of de lens beschadigd is
en of er water is binnengedrongen
enz.
Controleer of de veiligheidsschake-
laar goed werkt bij het starten van de
motor.
Controleer of de veiligheidsschake-
laar goed werkt als de motor draait.
Details controle
Het stuur mag geen
speling vertonen en
moet goed werken.
Deze moeten aan de
referentiewaarden
voldoen.
Er mogen geen te-
kenen van barsten,
schade of ongelijk-
matige slijtage zijn.
Er mag geen vreemd
materiaal aanwezig
zijn.
Ze moeten gemon-
teerd zijn en mogen
niet loszitten.
Er mogen geen te-
kenen van speling,
abnormale geluiden
of abnormale warmte
zijn.
De machine moet tot
stilstand komen.
De speling (afstel-
ling) moet correct
zijn.
Er mogen geen te-
kenen van schade of
losheid zijn.
De carrosserie en de
kappen mogen geen
barsten of vervor-
ming vertonen en de
bouten en moeren
moeten zijn aange-
bracht en mogen niet
loszitten.
Het licht moet goed
aan/uit gaan.
De lens mag niet be-
schadigd zijn en er
mag geen water bin-
nen zijn gekomen.
De schakelaar moet
goed werken.
De schakelaar moet
goed werken.
50
Controleschema
Opmerkingen
Controleren.
Pagina 59
Controleren/
Vervangen.
Pagina 63-65
Afstellen.
Pagina 63-64
Controleren/
Afstellen.
Pagina 66 t/m 68