Nederlands
Gebruik
Maaien
Het apparaat met beide handen
N
vasthouden – één hand op de
bedieningshandgreep – één hand
op de beugelhandgreep
Rechtop staan – het apparaat
N
ontspannen vasthouden
Het snijgarnituur mag geen
N
obstakels en ook de grond niet
raken
Het apparaat gelijkmatig heen en
N
weer bewegen
284
De afstand van de maaidraad ten
N
opzichte van het grasveld bepaalt
de maaihoogte
Contact met schuttingen, muren,
N
stenen enz. vermijden – dit leidt tot
een verhoogde slijtage
Werken met afstandhouder
De afstandhouder maakt alleen bij de
FSA 85 deel uit van de
leveringsomvang. Voor de FSA 65 is de
afstandhouder als speciaal toebehoren
leverbaar.
1
De afstandhouder (1)
begrenst het werkgebied van de
–
maaidraad
voorkomt beschadigingen tijdens
–
het maaien door de roterende
maaidraden (bijv. boomschors)
WAARSCHUWING
De maaikop kan na het uitschakelen van
het apparaat nalopen – de
afstandhouder pas nadat de maaikop
stilstaat en niet met de voet verstellen.
Milieuverantwoord afvoeren
Het maaigoed niet bij het huisvuil
N
gooien, het maaigoed kan worden
gecomposteerd
Vrijgegeven combinaties van
snijgarnituur en
beschermkap
Snijgarnituur
Het apparaat wordt geleverd met een
gemonteerde maaikop AutoCut C 4-2.
Om veiligheidsredenen mogen op de
accumotorzeisen geen andere
snijgarnituren worden gemonteerd.
Beschermkap
Bij het apparaat wordt de bijbehorende
beschermkap meegeleverd. Alleen deze
beschermkap monteren – de montage
van een andere beschermkap is niet
toegestaan. Meer aanwijzingen – zie
"Beschermkap monteren".
FSA 65, FSA 85