Aanwijzingen voor het invriezen en bewaren
• De volgende levensmiddelen kunt u invriezen: vlees, wild,
gevogelte, verse vis, groente, fruit, zuivelprodukten, brood,
bakkerijprodukten, kant-en-klare maaltijden. Ongeschikt zijn:
kropsla, rammenas, druiven, hele appels en peren, vet vlees.
• Verpak levensmiddelen die u zelf invriest altijd in afgemeten
porties. Om deze porties meteen door en door te laten bevriezen,
doet u er goed aan de volgende maximale hoeveelheden per
portie aan te houden:
fruit, groente: max. 1 kg, vlees: max. 2,5 kg.
• Blancheer groenten na het wassen en afmeten van de porties
door ze 2-3 minuten in kokend water onder te dompelen en
vervolgens snel onder koud water af te spoelen.
• Voeg geen zout of specerijen toe aan verse levensmiddelen en
geblancheerde groenten voordat u ze invriest. Voeg aan overige
levensmiddelen slechts weinig zout en specerijen toe. Verschil-
lende specerijen veranderen van smaak door het invriezen.
• Als verpakkingsmateriaal zijn geschikt: diepvrieszakjes, voor
hergebruik geschikte koelkastdozen van kunststof of metaal
(bijv. aluminium).
• Breng in te vriezen levensmiddelen niet in contact met reeds
ingevroren produkten. Leg uitsluitend droge verpakkingen in het
apparaat zodat ze niet aan elkaar kunnen vastvriezen.
• Noteer altijd datum en inhoud op de verpakkingen. Houd u aan
de maximale houdbaarheid.
• Vries geen flessen en pakken met koolzuurhoudende dranken
in aangezien deze kunnen exploderen.
• Ontdooien: Haal steeds slechts zoveel levensmiddelen uit het
apparaat als u direct nodig hebt. Verwerk eenmaal ontdooide
levensmiddelen zo snel mogelijk tot een gerecht.
Ingevroren levensmiddelen kunt u als volgt ontdooien:
– in de hete-luchtoven
– in de magnetron
– bij kamertemperatuur
– in de koelkast: de warmte die voor het ontdooien nodig is, wordt
aan de overige produkten in de koelkast onttrokken.
Reeds enigszins ontdooide platte porties vlees en vis kunnen
heet bereid worden. Groenten kunt u direct bereiden, zonder dat
u ze ontdooit (in de helft van de tijd die normaal nodig is om gaar
te worden).
IJsblokjes maken
• IJsblokjeshouder met water vullen.
• IJsblokjeshouder in de houder in de
vriesruimte schuiven.
• Vervorm de houder enigszins om
de ijsblokjes eruit te laten springen
of houd hem even onder stromend
water.
Ontdooien
Koelgedeelte
Het koelgedeelte ontdooit auto-
matisch. Het vrijkomende water
stroomt via de dooiwaterafvoer in
de achterwand in een verdampings-
schaal buiten het apparaat. Hier ver-
dampt het water door de vrijkomende
warmte van de compressor. Het enige
wat u hoeft te doen, is van tijd tot
tijd te controleren of het dooiwater
door de dooiwaterafvoer boven de
groenteladen ongehinderd kan wegstromen. Zie verder onder
"Reinigen".
Vriesgedeelte
In het vriesvak ontstaat na geruime tijd een dikkere laag rijp of ijs.
Hierdoor stijgt het energieverbruik. Ontdooi daarom regelmatig.
• Schakel het apparaat uit om hem te ontdooien: trek de stekker
uit het stopcontact of draai de temperatuurregelaar naar "0".
• Wikkel de levensmiddelen in oude kranten of een deken en
bewaar ze op een koele plaats.
• Plaats een pan met heet - niet kokend - water op een vriesplaat,
om het apparaat sneller te laten ontdooien.
• Laat de deur van het apparaat tijdens het ontdooien open staan.
Neem het laatste restje dooiwater met een doek op en maak
het apparaat vervolgens schoon.
Gebruik voor het ontdooien geen mechanische of andere hulp-
middelen tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
Reinigen
Trek altijd de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering
in de meterkast uit, voordat u het apparaat schoonmaakt.
Reinig de binnenkant van het apparaat, de delen van het interieur
en de buitenwand met lauw water waaraan een beetje afwasmiddel
is toegevoegd. Gebruik in geen geval chemische oplosmiddelen
of producten die zand of zuren bevatten.
Gebruik geen stoomreinigingsapparaten!
Gevaar voor beschadiging en verwonding.
• Let erop dat er geen water in de elektrische delen of de venti-
latierooster dringt.
• Maak alles goed droog met een doek.
• Maak het aggregaat en de warmtewisselaar (het metalen rooster
aan de achterkant van het apparaat) minimaal één keer per jaar
stofvrij en schoon.
• Reinig de dooiwater-afvoeropening in het koelgedeelte met een
spits hulpmiddel, bijv. een wattenstaafje.
• Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant van het
apparaat nooit: het is belangrijk voor onze technische dienst.
• Bij apparaten in rvs-uitvoering een normaal rvs-schoonmaak-
middel gebruiken.
- Behandel het apparaat na de reiniging met een rvs-onderhouds-
middel (gelijkmatig in de slijprichting) om het de beste bescher-
ming te geven. Donkere plaatsen op de rvs-oppervlakte en een
intensievere kleur kort na de reinigingsbeurt zijn normaal.
- Gebruik geen schurende/krassende sponsen, geconcentreerde
reinigingsmiddelen evenmin als schoonmaakproducten die zand,
chloride of zuur bevatten of chemische oplosmiddelen: die be-
schadigen de oppervlakte en kunnen corrosie veroorzaken.
NL
17