MASTER / SLAVE FUNCTIE
M.b.v. deze functie kunnen 4 units met elkaar worden verbonden en zijn muziekgestuurd, deze functie werkt
zonder controller. De units kunnen in serie worden verbonden
microfoonkabel met XLR connector. De XLR-plug is de ingang en de contra is de uitgang ; de laatste unit
moet worden afgesloten met een afsluitweerstand (zie verderop in de handleiding). Units kunnen zowel als
Master of als Slave gebruikt worden.
Het gewenste effect kan m.b.v. knop 9, 11 en 12 op de master-unit worden bewerkstelligd , als de keuze is
gemaakt moet de programmering worden afgesloten door op Enter (10) te drukken. Op de Slave-units moet
de Slave mode worden geselecteerd. Deze units volgen nu de Master-unit.
N.B. Functie G-3 is bedoeld voor servicedoeleinden. Gebruik deze funtie alléén wanneer een unit heel even
in de stand-by moet worden gezet
DMX MODE
Wanneer de adressen moeten worden geprogrammeerd druk op Mode-knop 9 tot A001 in de display
verschijnt. "Set" het gewenste adres met de knoppen 11 en 12 .
Let op : Als dezelfde adressen aan meerdere units worden toegekend zullen ze ook hetzelfde effect tonen.
Als de units zijn geadresseerd kunnen ze worden gestart via de controller.
DMX-protocol
DMX channel
CH 1
CH 2
CH 3
DMX XLR-AANSLUITING
De 2 draden van de afgeschermde kabel die gebruikt wordt dienen een minimale diameter van 0.5 mmø te
hebben. De XLR-aansluitingen moeten zoals in de figuur is weergegeven worden uitgevoerd. De Helios
werkt volgens het DMX512 protocol.
Function
Strobe
Gobo
Gobo
Rotation
DMX IN
2
1
3
m.b.v. een 2 aderige afgeschermde
DMX OUT
DMX 512
PIN
1
2
1
2
3
3
9
FUNCTION
GND
DATA -
DATA +