bewegingsrichting wordt bepaald door de manier
waarop u het product gebruikt op het moment dat de
terugslag optreedt.(Fig. 61)
Terugslag vindt uitsluitend plaats wanneer de
terugslagzone van de geleider in contact komt met een
voorwerp. Zorg dat de terugslagzone geen contact
maakt met een voorwerp.(Fig. 60)
Een kleinere neusradius vermindert de kracht van de
terugslag.
Gebruik een zaagketting met geringe terugslag om de
effecten van terugslag te beperken. Laat de
terugslagzone geen objecten raken.
WAARSCHUWING: Geen enkele
zaagketting kan terugslag volledig
voorkomen. Volg altijd de instructies.
Veelgestelde vragen over terugslag
•
Zal mijn hand de kettingrem bij terugslag altijd
activeren?
Nee. Er is enige kracht nodig om de
terugslagbeveiliging naar voren te duwen. Als u
onvoldoende kracht gebruikt, wordt de kettingrem
niet ingeschakeld. Bovendien moet u het product
stevig vasthouden met beide handgrepen tijdens
gebruik. Bij terugslag is het mogelijk dat de
kettingrem de zaagketting niet stopt voordat deze u
raakt. In sommige posities kunt u met uw hand niet
bij de terugslagbeveiliging om de kettingrem te
activeren. Een voorbeeld hiervan is bij het vellen.
•
Zal het traagheidsmechanisme de kettingrem bij
terugslag altijd activeren?
Nee. Ten eerste moet de kettingrem correct werken.
Onderhoud op pagina 172 voor instructies over
Zie
het controleren van de kettingrem. We raden aan
deze controle altijd uit te voeren voor u het product
gebruikt. Ten tweede moet de terugslag voldoende
sterk zijn om de kettingrem te activeren. Als de
kettingrem te gevoelig is, kan deze inschakelen
tijdens ruw gebruik.
•
Zal de kettingrem mij bij terugslag altijd beschermen
tegen letsel?
Nee, de kettingrem moet goed werken om
bescherming te kunnen bieden. Bij een terugslag
moet de kettingrem geactiveerd worden om de
zaagketting te stoppen. Als u zich dicht bij het
zaagblad bevindt, is het mogelijk dat de kettingrem
de zaagketting niet op tijd stopt voordat deze u raakt.
WAARSCHUWING: Alleen met een juiste
werktechniek kunt u terugslag voorkomen.
1259 - 002 - 15.07.2020
Zaagtechnieken gebruiken
WAARSCHUWING: Gebruik het volle
vermogen tijdens het zagen en breng het
toerental terug naar stationair na elke
zaagsnede.
OPGELET: Laat de motor niet te lang
onbelast draaien. Dit kan schade aan de
motor veroorzaken.
1. Leg de stam op een zaagbok of steun. (Fig. 62)
WAARSCHUWING: Zaag stammen niet
als deze op een stapel liggen. Dat
verhoogt het risico op terugslag en kan
ernstig of fataal letsel veroorzaken.
2. Verwijder de gezaagde stukken uit de
werkomgeving.
WAARSCHUWING: Doorgezaagde
stukken in de werkomgeving verhogen
het risico op terugslag en verliezen van
uw evenwicht.
Stammen zagen op de grond
1. Zaag de stam met een trekslag. Gebruik het volle
vermogen, maar wees voorbereid op ongelukken.
(Fig. 63)
WAARSCHUWING: Zorg dat de
zaagketting de grond niet raakt wanneer
u de zaagsnede voltooit.
2. Zaag ongeveer ⅔ door de stam en stop dan. Roteer
de stam en zaag van de andere kant. (Fig. 64)
Een stam doorzagen met ondersteuning aan
één uiteinde
WAARSCHUWING: Zorg dat de stam niet
breekt tijdens het zagen. Volg de
onderstaande instructies.
(Fig. 65)
1. Zaag de stam ongeveer ⅓ door met een duwslag.
2. Zaag de stam door met een trekslag totdat de twee
zaagsneden elkaar raken. (Fig. 66)
Een stam doorzagen met ondersteuning aan
twee uiteinden
WAARSCHUWING: Zorg dat de zaagketting
niet vastraakt in de stam tijdens het zagen.
Volg de onderstaande instructies.
(Fig. 67)
1. Zaag de stam ongeveer ⅓ door met een trekslag.
169