S8: metersymbool om aan te geven dat de cijfers de afstand in meter
aangeven is
R1, R2, R3, R4, R5: « baar-grafiek » die de waarschuwingsafstand
aangeeft
S9: symbool aangevende dat het baar-grafiek dat nu verschijnt de
waarschuwingsafstand weergeeft
S3: batterijsymbool, dat aangeeft wanneer er een autonomie batterij op
het systeem aangesloten is, en dat de staat van deze batterij aangeeft
(in geval van slechte batterijtoestand flikkert het symbool en luidt er een
geluidsalarm)
S10: ECO symbool. Geeft aan dat het systeem in economische mode
werk wanneer er een elektrische panne verschijnt.
S11: Het « Power On » symbool geeft aan dat het systeem aan staat.
S5: Het « Loop » symbool geeft een onderbreking in het circuit aan (in
geval van onderbreking flikkert het symbool en luidt er een geluidsalarm)
2.2 De knopjes
• On / Off : Om het systeem aan- en uit te schakelen (wanneer het
aanstaat, brandt het « power on » symbool op het scherm)
• P : selecteert de afstand die gewijzigd gaat worden (waarschuwing- of
strafafstand)
• Pijltje naar beneden : daalt de waarschuwing- of strafafstand.
• Pijltje naar boven : stijgt de waarschuwing- of strafafstand
2.3 Installeren
De draad installeren rond het terrein moet de volgende criteria nagaan :
• De draad mag direct op de grond gelegd worden, of mag licht ingegra-
ven worden (4 a 5 cm).
NL
41