u op de knoppen. Voor de uitrusting van de kinderwagen met 5-punts-gordels zijn D-ringen
voorhanden. De bevestigingsdelen (D-ringen) bevinden zich aan de bekkengordel.
WAARSCHUWING: (U bent voor de veiligheid van uw kind verantwoordelijk.) Het kind dient steeds
de gordels om te hebben en mag in geen geval zonder toezicht achterblijven. Het kind mag niet in
de omgeving van beweegbare delen terechtkomen, terwijl u veranderingen aan de kinderwagen
uitvoert. Deze kinderwagen dient regelmatig door de gebruiker te worden onderhouden.
Let op: Om zware letsels door nalatige omgang met de kinderwagen te vermijden, dient u de gordel
steeds deskundig te gebruiken. Gebruik het gordelsysteem nooit zonder schoudergordels.
OPTIONELE SPECIALE UITRUSTING – REISSYSTEEM MET DUBBELE FUNCTIE 8VOOR HET
INKOPEN EN VOOR ONDERWEG MET DE AUTO):
Deze kinderwagen kan zo worden ingesteld, dat de autokinderzetel van hauck Zero Plus® daarop
kan worden aangebracht. Gelieve de volgende stappen uit te voeren om de autokinderzetel op de
kinderwagen aan te brengen,:
A. Klap de bevestigingshaken, die zich aan beide zijden op de armleuningen bevinden, naar boven
(afbeelding A).
B. Ontgrendel de rugleuning van de kinderwagen en breng de leuning in de onderste liggende
positie. Zet de autozetel Zero Plus® op de voorste beugel van de kinderwagen (afbeelding B).
C. Druk de autokinderzetel Zero Plus® naar onder, tot u op de linker en rechterzijde een klik hoort
(afbeeldingen C1, C2). Trek de autokinderzetel voorzichtig naar boven, om te controleren, dat
de zetel veilig is vergrendeld.
D. Om de autokinderzetel te verwijderen, moet u de bevestigingshaken ontgrendelen. Druk daarvoor
de linker en rechter hendel, die zich aan de onderzijde van de autokinderzetel bevinden, naar
boven (afbeelding D1). Neem de autokinderzetel dan langs boven weg (afbeelding D2), vouw
de bevestigingshaken naar onder en druk deze dan weer terug in de armleuningen (afbeelding
D3).
VERZORGING EN ONDERHOUD
ALGEMEEN
Controleer regelmatig de werking van de kinderwagen. Vergewis u ervan dat het gestel stabiel
is en de schroeven goed vastzitten, de vergrendelingen veilig gesloten zijn, de wielen veilig
gemonteerd zijn en de remmen goed werken. Controleer af en toe de bekleding om zeker te
stellen dat alle naden nog intact zijn en controleer de toestand van de plasticonderdelen. Kapotte
of versleten vervangonderdelen moeten onmiddellijk vervangen worden. Ga op dezelfde manier
te werk met gebroken, gescheurde, defecte of versleten onderdelen. Gebruik uitsluitend originele
vervangonderdelen van hauck. Stel de kinderwagen niet bloot aan fel zonlicht omdat dit de kwaliteit
van de stoffen bekleding en plasticonderdelen kan verminderen.
REINIGEN VAN DE BEKLEDING
Neem de bekleding van het gestel door de lussen, stiften of schroeven te lossen. Lees voor de
reiniging de aanwijzingen op het etiket aan de binnenkant. Om de bekleding voorzichtig te reinigen,
wrijft u er gelijkmatig over met een vochtige doek. Als de bekleding geen plastic, houten of metalen
delen bevat, kan ze in de wasmachine op 30 °C en bij een middelmatig toerental gewassen worden.
De bekleding moet in de buitenlucht gedroogd worden, maar mag niet blootgesteld worden aan fel
zonlicht. Droog de bekleding niet in de droogautomaat omdat ze kan krimpen. Trek de bekleding
pas terug over het gestel als ze volledig droog is.
REINIGEN VAN HET GESTEL
Wrijf de kinderwagen na de reiniging of na het gebruik bij regen of sneeuw met een zachte doek
droog. Gebruik enkel een milde zeepoplossing of lauwwarm water om het gestel van de kinderwagen
te reinigen. Plasticonderdelen kunnen met milde wasmiddelen gereinigd worden.
ONDERHOUD VAN DE WIELEN
De wielen moeten regelmatig gereinigd en onderhouden worden. Als bescherming tegen roest en
andere resten moet u de velgen indien nodig met een roestwerend middel en een smeermiddel
behandelen. Zorg ervoor dat resten van strooizout na gebruik van de kinderwagen in de winter
onmiddellijk met warm water en een vochtige doek verwijderd worden. Verwijder regelmatig het vuil
van de wielen en wielassen.
NL
13