ZORG EN ONDERHOUD
LUCHTBEVOCHTIGINGSFILTER
Onderhoudscyclus
De onderhoudscyclus is mede afhankelijk van de hardheid en onzuiverheid van het gebruikte
water; hoe harder het water, hoe vaker de luchtreiniger zal moeten worden ontkalkt.
Probeer bij het schoonmaken van het filter geen water te morsen.
1
Verwijder het waterreservoir en
de luchtbevochtigingsbak.
Waterreser-
voir
Luchtbe-
vochtingsbak
2
Neem het luchtbevochtigingsfil-
ter uit de luchtbevochtigingsbak.
Probeer geen water uit de luchtbevochti-
gingsbak te morsen.
3
Prepareren van de ontkalkings-
oplossing.
Voor het ontkalken kan citroenzuur,
verkrijgbaar bij sommige drogisterijen, of
100 % puur citroensap worden gebruikt.
Kies voor een van beide stoffen en pre-
pareer de ontkalkingsoplossing als volgt.
<Bij gebruik van citroenzuur>
Meng 3 theelepels citroenzuur met 2 1/2
kopjes handwarm water in een teil en
roer het mengsel goed.
<Bij gebruik van citroensap>
Voor het ontkalken kan 100 % puur
citroensap worden gebruikt. Gebruik
uitsluitend 100 % puur citroensap zonder
pulp (zeef indien nodig). Meng 1/4 kopje
citroensap en 3 kopjes handwarm water
in een teil waarin het luchtbevochtigings-
filter past en roer het mengsel goed.
4
Laat het luchtbevochtigingsfilter onge-
veer 30 minuten in de oplossing weken
voordat u het filter schoonmaakt.
Wanneer u citroensap
gebruikt, is het raadzaam
om het filter langer te
laten weken dan wanneer
u citroenzuur gebruikt.
Eens per maand of wanneer de filterindicator oplicht.
Luchtbevochtigingsfilter
Luchtbevoch-
tigingsbak
5
Spoel het luchtbevochtigings-
filter herhaaldelijk af met hand-
warm water om alle resten van
de oplossing weg te spoelen.
Onvoldoende naspoelen kan een geur
veroorzaken en een negatieve invloed
hebben op de prestaties en/of het uiterlijk
van de luchtreiniger.
* Gebruik geen borstel,
maar spoel het luchtbe-
vochtigingsfilter voorzichtig
af met handwarm water.
6
Bevestig het luchtbevochtigingsfil-
ter aan de luchtbevochtigingsbak
en plaats de luchtbevochtigingsbak
terug in de luchtreiniger.
• Het luchtbevochtigingsfilter kan niet achterstevo-
ren worden geplaatst. Zorg ervoor dat er geen
ruimte zit tussen de luchtbevochtigingsbak en de
luchtreiniger wanneer u de luchtbevochtigingsbak
terugplaatst. De luchtreiniger zal niet naar beho-
ren functioneren als de luchtbevochtigingsbak
niet goed in de luchtreiniger is teruggeplaatst.
• Laat het luchtbe-
vochtigingsfilter eerst
volledig opdrogen als
u de luchtreiniger ge-
durende langere tijd
niet gaat gebruiken.
7
Steek de stekker in het stop-
contact, zet de luchtreiniger
AAN en houd de filterresetknop
op het display gedurende ten
minste 3 seconden ingedrukt.
Mogelijk ziet u een roodbruine of witte neer-
slag op het oppervlak van het luchtbevoch-
tigingsfilter. Deze onzuiverheden (calcium,
e.d.) zijn afkomstig van het kraanwater;
dit duidt niet op een defect. Vervang het
luchtbevochtigings-
filter wanneer het
helemaal met witte
neerslag is bedekt.
N-14