nl Montagehandleiding
13.1 Veilige montage
Neem bij het monteren van het apparaat de
veiligheidsaanwijzingen in acht.
¡ Elektrische aansluiting: alleen door een er-
kend vakman. In geval van een verkeerde
aansluiting komt de garantie te vervallen.
¡ Alleen als de inbouw op deskundige wijze
en conform dit installatievoorschrift wordt
uitgevoerd, is de veiligheid bij het gebruik
gegarandeerd. Bij schade als gevolg van
een niet-deskundige inbouw is de monteur
aansprakelijk.
13.4 Meubel voorbereiden
Het werkblad dient egaal, waterpas en stabiel te zijn.
¡ De inbouwmeubelen inclusief wandafsluitstrips moe-
ten minstens 90°C hittebestendig zijn.
¡ Een nisbekleding binnen 50 mm afstand tot de ach-
terwand mag niet brandbaar zijn (bijv. tegels, steen).
13.5 Elektrische aansluiting
Ter bescherming het apparaat eerst uit de piepschuim-
verpakking halen, wanneer u het apparaat in de uitspa-
ring drukt. Plaats het apparaat niet rechtop op een zij-
kant van het apparaat.
¡ Controleer de elektrische installatie van de woning
vóórdat u het apparaat aansluit.
¡ Het apparaat voldoet aan veiligheidsklasse I en mag
alleen in combinatie met een geaarde aansluiting
worden gebruikt.
¡ De geïnstalleerde elektrische installatie dient vol-
gens de opbouwvoorschriften in de fasen te worden
voorzien van een separator.
48
13.2 Onderbouw
¡ Als u een oven onderbouwt, moet de werkbladdikte
minstens 20 mm bedragen, in sommige gevallen
ook meer. Neem de aanwijzingen in de installatie-
handleiding bij de oven in acht.
¡ Let erop dat uitstekende delen, zoals de behuizing
of het snoer van de netaansluiting, niet in botsing
komen met bijvoorbeeld een lade.
¡ De installatie van een vaatwasser en koelkast en an-
dere elektrische apparaten is mogelijk, wanneer een
tussenschot van hout (min. 10 mm dik) op een af-
stand van 10 mm tot het diepste punt van de bo-
dem van de kookplaat (Installatiebox) wordt gemon-
teerd en het apparaat van de kookplaat scheidt.
13.3 Tussenbodem
Wanneer de onderkant van de kookplaat kan worden
aangeraakt, moet er een tussenschot worden gemon-
teerd.
¡ Informeer in de vakhandel of er een tussenschot als
accessoire verkrijgbaar is.
¡ Wanneer u een eigen tussenschot gebruikt, moet de
minimale afstand tot de netaansluiting van het appa-
raat 10 mm zijn.
¡ De snijvlakken hittebestendig afdichten om te voor-
komen dat het werkblad door vocht uitzet.
¡ Als op het display van het apparaat
is het verkeerd aangesloten. Scheid het apparaat
van het net, controleer de aansluiting.
Aansluiting met 3-aderige leiding
Zorg voor een geschikte beveiliging van de huisinstalla-
tie.
Neem de kleurcodering van de netaansluitkabel in
acht.
¡ Groen-geel is de aarddraad .
¡ Blauw is de nulleider.
¡ Bruin is de fase (buitendraad).
verschijnt,