3. INSTALLATIE
Lees deze instructies vóór het gebruik van het apparaat
a.u.b. aandachtig door.
Deze moet worden uitgevoerd door bevoegd
personeel. Alle aansluitingen moeten tot stand
worden gebracht overeenkomstig de geldende
voorschriften en in volledige overeenstemming met
de veiligheidsreglementen (CEI reglement 26-10 -
CENELEC HD 427).
-
Vergewis u ervan dat de netspanning overeenstemt
met de spanning die is aangegeven op het
kenplaatje.
-
Controleer bij het monteren van een stekker of
deze een geschikte capaciteit heeft en verbind de
geel/groene geleider van de voedingskabel met de
aardingspen.
WAARSCHUWING! Verlengkabels tot 30 m moeten een
doorsnede hebben van minstens 2,5 mm
3.1 BESCHRIJVING VAN DE UITRUSTING
7
6
2
1
1) Din Kabelaansluiting (-)
2) Din Kabelaansluiting (+)
3) Lastroom Instelknop: Gebruik deze om de lastroom
in te stellen.
4) Led-lamp deze brandt als het apparaat is
ingeschakeld.
5) Led-lamp om aan te geven dat de thermostaat is
geactiveerd.
6) Keuzeschakelaar Tig (links) en MMA (rechts)
7) Digitale Amperemeter (Lasstroom)
8) Aan / Uitschakelaar (hoofdschakelaar)
9) Voedingskabel
10) Ventilator voor het koelen van de omvormer.
8
.
2
9
4
5
3
DC INVERTER WELDER WK MMA 1630
3.2 MMA-LASSEN
-
Dit lasapparaat is geschikt voor het lassen van alle
soorten elektrodes, met uitzondering van cellulose-
elektrodes.
Zorg dat de schakelaar (8) op 0 staat en sluit
-
vervolgens de laskabels aan, ervoor zorgend dat
de door de fabrikant van de gebruikte elektroden
voorgeschreven polariteit is gerespecteerd.
ZEER BELANGRIJK:
Sluit de massakabel met de werkstukklem (massaklem)
aan op de negatieve Din-Koppeling (1) en zorg voor
een goed contact om een probleemloze werking van de
uitrusting te garanderen en spanningsvallen met het
werkstuk te vermijden.
-
Sluit de elektrodekabel met de elektrodehouder
(lastang) aan op de positieve Din-Koppeling (2).
-
Controleer of de juiste netspanning overeenkomt
met het lasapparaat.
-
Raak de lastoorts of elektrodehouder en de massa-
aansluiting niet tegelijkertijd aan.
-
Zet de keuzeschakelaar (6) op MMA (rechts).
-
Zet de machine aan met de schakelaar (8).
-
Stel de lasstroom in met knop (3).
Vergeet nooit de machine uit te schakelen en
de elektrode uit de klem te verwijderen na het
lassen.
8
3.3 TIG-LASSEN
-
Deze lasmachine is geschikt voor het Tig-lassen
volgens het (scratch-principe) van de volgende
10
materialen met het TIG-procédé: roestvrij staal,
ijzer, koper.
-
Controleer of de juiste netspanning overeenkomt
met het lasapparaat.
-
Raak de lastoorts of elektrodeklem houder en de
massa-aansluiting niet tegelijkertijd aan.
-
Sluit de massakabel aan op de positieve pool (+)
van de lasmachine en verbind de klem met het
werkstuk, zo dicht mogelijk bij het laspunt.
Gebruik voor het Tig-lassen een Lift Arc TIG
toorts met ingebouwde gasklep.
-
Sluit de Tig-Lastoorts aan op de negatieve pool (-)
van de lasmachine.
-
Sluit de gasslang aan op de tule van de
drukregelaar, die op zijn beurt is aangesloten op
een ARGON-cilinder.
-
Druk op de schakelaar van de Tig-toorts en regel de
gasstroom.
-
Gebruik een wolfraam elektrode die voor staal en
RVS is geschikt bv. een elektrode met 2 % cerium,
met een diameter van 1,6 mm (1/16").
-
Zet de keuzeschakelaar (6) op TIG (links).
-
Zet de machine aan met de schakelaar (8).
-
Stel de lasstroom in met knop (3).
-
Breng de lasboog in contact met het werkstuk en
maak vastberaden en snelle bewegingen.
Vergeet niet de machine uit te zetten en de
afsluiter van de gasfles dicht te draaien na het
lassen.