1
Starten (Fig. 2-2, 2B)
ATTENTIE!
Voordat u start moet u controleren of het
snoeigedeelte niets aanraakt.
1. Zet de ontstekingsschakelaar (1) in de
positie AAN. (Fig. 2-2)
* Druk verschillende keren op de injectiepomp
(4), zodat de brandstof door de terugloo-
pleiding (5) vloeit (indien aanwezig)
(Fig. 2-2C).
2. Houd de veiligheidshendel (2) ingedrukt
(indien aanwezig), trek tegelijkertijd aan de
gashendel en druk op de vergrendelknop
(3), laat daarna de gashendel langzaam los
en vervolgens de veiligheidshendel. Dit
vergrendelt de gashendel in de start positie.
3. Zet de choke hendel in de positie
GESLOTEN (4). (Fig. 2-3)
4. Trek met een korte ruk aan de trekstarter en
zorg ervoor dat u de starter goed in uw hand
houdt, zodat hij niet plotseling terug kan
schieten. (Fig. 2-3B)
5. Als u hoort dat de machine opstart, zet u de
choke hendel in de positie START (open).
Trek vervolgens nog eens kort aan de t
rekstarter.
ATTENTIE!
Als de motor niet wil starten, herhaal dan de
stappen 2 tot 5.
6. Nadat de motor is gestart, trek aan de gas
hendel om de knop te ontgrendelen. Daarna
moet de motor ongeveer 2-3 minuten warm
lopen voordat hij belast kan worden.
3
Fig. 2-2
4
4
1
3
2
Fig. 2-2B
Fig. 2-3
4
5
Fig. 2-2C
Fig. 2-3B
NL-11
N
L