Borgring (H)
Hoekstuk
Hoekstuk
Zeskante bout (D)
Moer (I)
de
Wielas
Moer (|)
Zeskante bout (G)
Gebruik bouten 1/4
1'—1 1/2"
(6x40 mm) (G)
Borgring (H)
Fig. 11
Wielas
Splitpen (A)
Platte ring (B)
Nippel (buitenkant)
Naafdop (C)
17. Monteer vervolgens het wiel op de as als volgt: Grote ring (B),
wiel, grote ring (B) en tenslotte splitpen (A) en naafdop (C).
N.B.: Zorg er voor dat de ventielnippel van de band aan de buiten-
zijde gemonteerd wordt. Zie fig. 12.
18. Monteer de vergrendeling van de bak (BB) op de trekstang.
Gebruik 6X16 mm zeskante bouten (E), borgringen (H) en
moeren (I). Zie fig. 13.
Bakvergrendeling, gedeeltelijk gemonteerd
a
Zeskante bout (E)
5
Trekstang
MB a
Borgring (H)
Moer (I)
Fig. 13
Zeskante bout (M) sus |
Bevestiging
van de trekstang
|
| |
~~ Borgringen (N)
8.
Moeren (O)
Trekstang
Fig. 14
19. Monteer de bevestiging van de trekstang op de trekstang. Ge-
bruik zeskante bout 10 x 25 mm (M), borgringen (N) en moeren
(O). Zie fig. 14.
20. Laat de wagen nu op de wielen zakken. De wagen is nu klaar
voor gebruik.
Lees alle veiligheidsvoorschriften en de gebruiksaanwijzing
voordat de wagen in gebruik genomen wordt.