All manuals and user guides at all-guides.com
NL
4.4.6 Gas- en chokehendel (7:T)
Hendel om de snelheid te regelen en om te choken
bij een koude start.
Als de motor onregelmatig loopt, be-
staat er een kans dat de hendel te ver
naar voren staat zodat de choke geac-
tiveerd wordt. Dit beschadigt de motor,
verhoogt het brandstofgebruik en is
schadelijk voor het milieu.
1. Choke - voor het starten van een koude
motor. De choke staat in de bovenste stand
in de groef.
Gebruik deze functie niet als de motor
warm is.
2. Vol gas - bij gebruik van de machine al-
tijd vol gas geven.
Om de gashendel op vol gas te zetten, zet
u de hendel ongeveer 2 cm achter de
chokestand.
3. Stationairloop.
4.4.7 Contactslot/koplamp (7:U)
Het contactslot wordt gebruikt om de motor te
starten en uit te schakelen.
Laat de sleutel niet in stand 2 of 3 op de
machine zitten. Er is dan brandgevaar
omdat brandstof in de motor kan lopen
via de carburateur en de accu kan ont-
laden en worden beschadigd.
Vier standen:
1. Stopstand - de motor is kortgesloten. De
sleutel kan verwijderd worden.
2/3. Rijstand.
4. Startstand - de elektrische startmotor
wordt geactiveerd op het moment dat de
sleutel in de veerbelaste startstand wordt
gedraaid. Laat de sleutel teruggaan naar
rijstand 3 wanneer de motor gestart is.
4.4.8 Versnellingspook (7:R) (2105M)
Pook om één van de vijf versnellingen vooruit (1-
2-3-4-5), neutraal (N) of achteruit (R) te kiezen.
Tijdens het schakelen moet het koppelingspedaal
ingetrapt zijn.
LET OP! Zorg dat de machine volledig stilstaat
voordat u van de achteruit in de vooruit of
omgekeerd schakelt. Als u niet meteen in een
bepaalde versnelling kunt schakelen, laat het
koppelingspedaal dan opkomen en trap het
opnieuw in. Schakel opnieuw naar de gewenste
versnelling. Probeer nooit geforceerd in een
gewenste versnelling te schakelen.
36
NEDERLANDS
4.4.9 Krachtafnemer (7:Q)
De krachtafnemer mag nooit inge-
schakeld zijn wanneer het aan de voor-
zijde gemonteerde gereedschap in de
transportstand staat. Dit beschadigt de
riemtransmissie.
Hendel voor in- en uitschakelen van de krachtafne-
mer voor aandrijving van het maaidek en aan de
voorzijde gemonteerde accessoires. Twee standen:
1.Voorste stand - krachtafnemer uitge-
schakeld.
2. Achterste stand - krachtafnemer inge-
schakeld.
4.4.10 Koppelingshendel (fig. 8)
Hendel om de traploze transmissie uit te schake-
len. Hiermee kunt u de machine handmatig verp-
laatsen zonder de motor te gebruiken.
De ontkoppelingshendel mag nooit tus-
sen de binnenste en buitenste stand
staan. Dit leidt tot oververhitting en be-
schadiging van de transmissie.
Twee standen:
1. Hendel naar buiten - transmis-
sie ingeschakeld voor normaal
gebruik. U hoort een klik als de
hendel in deze stand wordt ver-
grendeld.
2. Hendel naar binnen – transmissie is uitge-
schakeld. De machine kan handmatig worden ver-
plaatst.
De machine mag niet over lange afstanden of met
hoge snelheid worden gesleept. Hierdoor kan de
versnellingsbak worden beschadigd.
5 TOEPASSINGEN
De machine mag uitsluitend gebruikt worden bij
de volgende werkzaamheden met de aangegeven
originele GGP-accessoires:
Gras maaien: Maaidekken gebruiken 85 Combi
Het trekmechanisme mag worden belast met een
verticale kracht van maximaal 100 N.
De duwkracht van getrokken accessoires op het
trekmechanisme mag niet groter zijn dan 500 N.
LET OP! Neem vóór het gebruik van een aanhang-
er altijd contact op met uw verzekeringsmaat-
schappij.
LET OP! Deze machine is niet bedoeld voor rijden
op de openbare weg.