GEBRUIK
Bediening
Afzuigkap in- en uitschakelen
1. Kies de gewenste afzuiginstelling door op de desbetreffende
snelheidstoets te drukken.
De afzuigkap wordt ingeschakeld en het indicatielampje gaat aan.
Het indicatielampje verandert van kleur, afhankelijk van de gekozen
stand. Bij de intensiefstand knippert het indicatielampje.
2. Druk op de aan/uit-toets.
De afzuigkap wordt uitgeschakeld.
Als stand 2, 3 of de intensiefstand ingeschakeld is, dan schakelt
de bediening eerst stand 1 in. Druk daarna nogmaals op de
aan-/uittoets om de afzuigkap uit te schakelen.
Intensiefstand inschakelen
1. Druk gedurende twee seconden op snelheidstoets 3.
Het indicatielampje gaat knipperen.
De intensiefstand blijft zes minuten ingeschakeld. Na deze periode
wordt de voorgaande ingestelde afzuigcapaciteit geactiveerd.
2. Druk op de aan/uit-toets of op een andere snelheidstoets om de
intensiefstand voortijdig te beeindigen.
Verlichting in- en uitschakelen
1. Druk op de verlichtingstoets.
De verlichting gaat branden.
2. Als u de verlichting wilt uitschakelen, drukt u weer op de
verlichtingstoets.
NL 5