Télécharger Imprimer la page

Dimplex ThermoComfort VFDi 20 Instructions Pour L'installation Et L'utilisation page 7

Publicité

Wenken voor het gebruik
Eerste keer opladen
Tijdens de eerste maal opladen zal er een lichte geuront-
wikkeling ontstaan die onvermijdelijk is bij nieuwe onder-
delen. Zorg voor voldoende ventilatie tijdens deze korte
eerste periode.
Opladen
Het opladen van de accumulatorkachel gebeurt tijdens de
door het energiebedrijf aangegeven nachtstroomperiode
en wordt via de regeling elektronisch gestuurd.
De hoeveelheid warmte die moet worden opgeslagen
wordt daarbij afhankelijk van de buitentemperatuur en de
hoeveelheid restwarmte in het toestel bepaald. De zich
aan de rechterzijde van het toestel bevindende intensiteits-
regelaar wordt bij dit type bedrijf op volle oplading (geheel
met de wijzers van de klok mee) gezet (instelling door de
fabriek).
Bij gebruik zonder regeling wordt de afdekkap afgenomen
en de bijgevoegde draaiknop (zie afbeelding) op de intensi-
teitsregelaar gestoken.
De hoeveelheid warmte die moet worden opgeslagen, kan
door het instellen van de draaiknop worden veranderd.
Vuistregel: op zeer koude dagen hoge instelling (knop naar
rechts draaien), bij hogere buitentemperaturen een lagere
instelling kiezen. Wijzigingen van de instelling mogen
slechts langzaam geschieden. Bij geheel naar links gedraai-
de knop vindt geen oplading plaats.
volle oplading
Het afgeven van de opgeslagen warmte van de elektrische
accumulatorkachel wordt via de kamerthermostaat auto-
matisch geregeld.
Ruimtethermostaat
De ruimtetemperatuur wordt automatisch door een ruimte-
thermostaat konstant gehouden. De gewenste temperatuur
(bv. 20°C) wordt op de instelknop van de ruimtethermostaat
ingesteld. Men kan over een wandthermostaat of een inge-
bouwde thermostaat in de spaarkachel beschikken.
Gedurende de nacht, of wanneer de ruimte niet in gebruik
is, zal de ruimtetemperatuur-instelling met ca. 4°C ver-
laagd worden. Een grotere temperatuurverlaging is niet
zinvol, daar anders de wanden van de ruimte te sterk afko-
elen. Bij verandering van de temperatuurinstelling duurt
het een zekere tijd voor de nieuwe ruimtetemperatuur
bereikt is. Het is dan ook in rekening te brengen dat na
een nachtverlaging voldoende tijd (bv. 1 uur) voor het
terug in gebruik nemen van de ruimte opgeheven wordt.
Bij de meeste ruimtethermostaten kan de nachtverlaging
over een schakelklok automatisch gestuurd werden.
geen oplading
Bij langer onbenutten van een ruimte (bv. meerdere dagen)
kan de ruimtetemperatuur- regeling teruggevoerd worden
tot een antivriesstand.
Onderhoud
Het is verstandig af en toe het gebied rond het afzuigroo-
ster en de onderste rije ventilatiegleuven van de rechter
zijwand schoon te zuigen. In het kader van de onderhoud-
scycli adviseren wij tevens te controleren of de controle- en
regelorganen nog correct functioneren. Dit dient minimaal
eens in de 10 jaar te gebeuren om te voorkomen dat er te
veel energie wordt verbruikt.
Wat te doen bij storingen
Lees de aanwijzingen hieronder als er aan het toestel sto-
ringen optreden. Kunt u de oorzaak van de storing niet zelf
vinden, bel dan uw installateur. Geef hierbij het service-
nummer. (E-Nr. en FD) van uw toestel op en probeer de
vastgestelde storing zo precies mogelijk te beschrijven. Het
servicenummer. bevindt zich op het typeplaatje rechts
onder het afblaasrooster:
Typeplaatje
Kleine storingen zelf verhelpen
Treedt een storing op, dan is het vaak een kleinigheid
1. De ruimte wordt niet voldoende verwarmd:
G De zekeringen voor accumulatorkachels in de meterkast
controleren en eventueel vervangen of opnieuw in-
schakelen. Springt de zekering er weer uit dan moet de
installateur op de hoogte worden gesteld.
G De intensiteitsregelaar voor het opladen op de accumu-
latorkachel staat te laag afgesteld. De afstelling corrige-
ren.
G De kamertemperatuur niet juist ingesteld. Zo nodig de
instelling corrigeren.
G De ventilator in de elektrische accumulatorkachel werkt
niet. De zekering in de meterkast controleren en eventu-
eel vervangen of opnieuw inschakelen. Springt de zeke-
ring er weer uit, dan de installateur op de hoogte stel-
len.
G Ramen en deuren staan constant open.
G De elektrische laadregeling is verkeerd ingesteld. Stel op
de juiste wijze in volgens de gebruiksaanwijzing van de
laadregeling.
2. Het vertrek is te warm
G De zekering van de laadregeling in de meterkast contro-
leren en eventueel vervangen of opnieuw inschakelen.
Springt de zekering er weer uit, dan moet de installateur
op de hoogte worden gesteld.
G De kamertemperatuur is verkeerd ingesteld (zie punt 1)
G De regeling is verkeerd ingesteld (zie punt 1)
7
Service-Nr.

Publicité

loading