13. Verhelpen van storingen
Storing
Mogelijke oorzaak
De compressor draait niet. •
•
•
•
Compressor draait, maar
•
bouwt geen druk op.
•
•
•
Compressor draait, druk
•
wordt op de manometer
aangeduid, maar de
•
gereedschappen draaien
•
niet.
•
Service-informatie
U moet er rekening mee houden dat bij dit product de volgende delen onderhevig zijn aan een slijtage door gebruik of een natuurlijke slijtage,
resp. dat de volgende delen nodig zijn als verbruiksmaterialen.
Slijtstukken*: aanzuigfilter
* niet verplicht bij de leveringsomvang begrepen!
40
NL/BE
Netspanning ontbreekt.
Netspanning te laag.
Buitentemperatuur te laag.
Motor oververhit.
Terugslagklep (19) lek.
Dichtingen defect.
Aflaatplug voor condenswater (10) ondicht.
Slangverbindingen ondicht.
Snelkoppeling ondicht.
Druk op de drukregelaar (5) te laag afge-
steld.
Oplossing
•
Kabel, netstekker, zekering en stopcontact contro-
leren.
•
Te lange verlengkabel vermijden. Verlengkabel met
een voldoende aderdoorsnede gebruiken.
•
Niet onder +5 °C buitentemperatuur gebruiken.
•
Motor laten afkoelen, indien nodig, de oorzaak
van de oververhitting verhelpen.
•
Neem contact op met een plaatselijk onderhouds-
centrum. Elke poging tot reparatie kan gevaarlijk
zijn indien deze niet wordt uitgevoerd door een
vakman.
•
Dichtingen controleren, defecte dichtingen door
een vakwerkplaats laten vervangen.
•
Plug met de hand aanhalen.
Dichting op de plug controleren, indien nodig,
vervangen.
•
Persluchtslang en gereedschappen controleren,
indien nodig vervangen.
•
Neem contact op met een plaatselijk onderhouds-
centrum. Elke poging tot reparatie kan gevaarlijk
zijn indien deze niet wordt uitgevoerd door een
vakman.
•
Drukregelaar verder opendraaien.