Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
5.8
Installatieprocedure afsluiten
5.8.1
De koudemiddelleidingen met tape beschermen
Afb.66
5.8.2
De condensafvoer controleren
5.8.3
Aan de gebruiker te verstrekken informatie
6
Inbedrijfstelling
6.1
Algemeen
7797831 - v04 - 07122022
1. Wikkel van onder tot boven tape om de koudemiddelleidingen en de
voedings- en communicatiekabels.
2. Bevestig de koudemiddelleidingen aan de muur met klemmen of
andere geschikte accessoires.
3. Vul de opening in de muur rondom de koudemiddelleidingen op met
isolatieschuim.
MW-6020025-01
De geografische locatie en de weersomstandigheden kunnen van invloed
zijn op het tijdstip waarop condenswater verschijnt. Volg de instructies
voor de binnen- en buitenunit.
1. Start de airconditioner.
2. Laat het water rechtstreeks in de condensaatbak stromen.
3. Controleer of het water probleemloos en correct afgetapt wordt.
Nadat de installatie voltooid is, moet de volgende informatie aan de
gebruiker verstrekt worden:
Verwijder of bedek nooit de etiketten en typeplaten die op apparaten zijn
geplakt. De etiketten en typeplaten moeten tijdens de hele levensduur
van het apparaat leesbaar blijven.
Overhandig de gebruiker de handleidingen van de airconditioner.
Leg de functies van de airconditioner/controller uit.
Vul de garantiekaart in (indien van toepassing).
Zorg ervoor dat de buitenunit niet door obstakels versperd wordt en niet
verontreinigd raakt.
Houd de buitenunit sneeuwvrij als de installatie gebruikt wordt voor
verwarmingsdoeleinden.
De inbedrijfstellingsprocedure voor de airconditioner wordt uitgevoerd:
de eerste keer dat deze gebruikt wordt,
nadat het apparaat langdurig buiten bedrijf was.
Inbedrijfstellen van de airconditioner staat de gebruiker toe de
verschillende instellingen en de uit te voeren controles om de
airconditioner veilig op te starten, te beoordelen.
nl
6 Inbedrijfstelling
63
Publicité
