Uw apparaat leren kennen
5 Uw apparaat leren kennen
5.1 Bedieningselementen
Via het bedieningsveld kunt u alle functies van uw apparaat instellen en informatie krijgen over de gebruikstoestand.
Apparaat in- of uitschakelen
Ventilatorstand 1 inschakelen.
Ventilatorstand 2 inschakelen.
Voor het eerste gebruik
6 Voor het eerste gebruik
Stel de opties voor het eerste gebruik in. Reinig het ap-
paraat en de accessoires.
6.1 Functie instellen
Uw apparaat is standaard op circulatiefunctie ingesteld.
Opmerking: Voor het gebruik in de circulatiefunctie
hebt u bijkomend toebehoren nodig.
Verzadigingsindicatie instellen
De verzadigingsindicatie moet afhankelijk van de ge-
bruikte filter worden ingesteld.
De Bediening in essentie
7 De Bediening in essentie
7.1 Apparaat inschakelen
Druk op
.
▶
a Het apparaat is gedurende één minuut geactiveerd.
7.2 Ventilatorstand instellen
Druk op ,
of , om de ventilatorstand in te stellen.
▶
7.3 Apparaat uitschakelen
twee keer indrukken.
▶
7.4 Intensiefstand inschakelen
Als zich een bijzonder sterke geur of damp ontwikkelt,
kunt u de intensiefstand gebruiken.
Druk op
.
▶
a Het apparaat schakelt na ca. 6 minuten automatisch
terug naar de vorige toestand.
Ventilatorstand 3 inschakelen.
Intensiefstand
Verlichting inschakelen of uitschakelen.
Opmerking: De verzadigingsindicatie voor het vetfilter
is standaard ingesteld. Voor het gebruik in de circula-
tiefunctie moet u tevens de verzadigingsindicatie voor
het geurfilter activeren.
Vereiste: Het apparaat is uitgeschakeld.
en
tegelijkertijd gedurende 3 seconden ingedrukt
▶
houden.
a Eerst gaat kort branden, dan branden en
lijkertijd kort.
a De verzadigingsindicatie voor het geurfilter is geacti-
veerd.
7.5 Intensiefstand uitschakelen
Druk op
of stel een andere ventilatiestand in.
▶
a De intensiefstand wordt vroegtijdig beëindigd.
7.6 Verlichting inschakelen
De verlichting kunt u onafhankelijk van de ventilatie in-
schakelen en uitschakelen.
indrukken.
▶
7.7 Verlichting uitschakelen
indrukken.
▶
7.8 Verzadigingsindicatie
De verzadigingsindicatie informeert u wanneer u het
vetfilter moet reinigen en wanneer u het geurfilter moet
vervangen.
¡ Wanneer het vetfilter gereinigd moet worden, dan
knippert .
¡ Wanneer het geurfilter vervangen moet worden, dan
knippert .
Uw apparaat leren kennen nl
tege-
49